Kinderyoga, christelijke yoga, heilige yoga. Een kleine opsomming die weergeeft hoe de heidense, hindoeïstische yoga zijn plaats verovert. Is “en neemt geen deel aan de onvruchtbare werken der duisternis” (Ef 5: 11) onbekend geworden? Hoe fundamenteel laat prof. Reinhard Franzke de achtergronden van de yoga zien.

Wat is yoga? Wat is yoga echt?

Inleidende opmerking
Yoga, zo lijkt het, is een verschijnsel dat iedereen al kent. Christelijke media houden zich steeds minder bezig met yoga. Er zijn chronologisch afgebakende thema’s en verschijnselen en er zijn permanente thema’s die wij niet terzijde mogen leggen. Tot de laatste categorie behoren alle esoterische verschijnselen die zich wereldwijd uitbreiden. Het zijn in principe blijvende thema’s waarvan de betekenis groter wordt en die de christelijke media echter meer en meer negeren. Veel nieuwe spirituele praktijken worden veelal helemaal niet meer als thema aan de orde gesteld. Dat is onverantwoord. Steeds vaker worden christenen in alle mogelijke levenssferen buiten de eigen gemeenschap, met niet-christelijke leerstellingen en praktijken geconfronteerd, die de gelovigen van het Woord van God en van Jezus Christus wegleiden. Daarbij moeten ook christenen ‘andere goden’ en goddelijke wezens aanroepen en aanbidden resp. om raad en hulp vragen. Dat geldt ook en met name voor yoga. Juist een dezer dagen werd ik meermaals door orthopeden aangemoedigd om naar yoga te gaan. Op de Duitse televisie werd yoga als ‘nieuwe tak van sport’ gepresenteerd. En op scholen hoort yoga al bijna tot het verplichte repertoire. Bovendien behoort yoga intussen tot bijna alle fitnessprogramma’s en de gymnastiek voor ouderen en zieken. Tenslotte praktiseren veel christenen yoga, buiten en binnen de gemeente. Tegen deze achtergrond rijst in uiterst scherpe bewoordingen de vraag: Wat is yoga? Wat is yoga echt? Kunnen en moeten gelovige christenen en hun kinderen yoga beoefenen?

I.  Doelen en beloften
In het verre Oosten, zo bijv. in India, is yoga een religieuze discipline! Daar moet yoga tot een relatie en vereniging met Brahman, ‘God’, het goddelijke, de goden of goddelijke wezens alsook tot zelf- en godskennis, tot verlichting, verlossing en bevrijding leiden; deze yoga kan zogenaamd volkomen, gelukzalig, almachtig en alwetend maken. Deze yoga kan bovennatuurlijke krachten (de ‘siddhis’) tot stand brengen. Tot de siddhis behoren onder andere de kunst van het vliegen, de kunst om zich onzichtbaar te maken en de kunst om in de lichamen van anderen (!) binnen te dringen. In het Westen wordt yoga als een ontspanningsmethode en/of therapie alsmede als nieuwe tak van sport ‘verkocht’; in het Westen is yoga blijkbaar een universeel wonderprogramma. Met yoga is naar het heet bijna alles mogelijk. Yoga kan en moet stress bestrijden en ontspannen, innerlijke rust en innerlijke vrede brengen, ‘innerlijke hulpbronnen’ mobiliseren, lichamelijke en geestelijke ziekten genezen, helpen verzachten of voorkomen, de conditie bevorderen, het welzijn en de persoonlijkheid, de zelfbewustwording en de zelfverwezenlijking, het kennen van de (hogere of ware) eigenpersoon en de waarheid bevorderen en nog veel meer. Enkele yogascholen en professoren durven te beweren dat yoga hartkwalen kan doen verminderen of verdwijnen en hartoperaties overbodig maken.

II.  Leersysteem en basisconcept
Naar de mening van het verre Oosten moet yoga een onbekende levensenergie (prana, kundalini) opwekken en laten ‘stromen’. Naar men beweert stroomt zij door energiekanalen, de “nadis”; zogenaamd concentreert zich deze levensenergie in de energiecentra of chakra’s,  die met goden (!?) verbonden zijn. In essentie is yoga een geestelijke of spirituele discipline: yoga-oefeningen moeten de geest bedwingen, controleren, beheersen, in een toestand van rust, stilte en leegte brengen, het ‘denkwerk ‘stil zetten, de activiteit om te denken uitschakelen en de beoefenaar ervan naar een trance-achtige (zogenaamd ‘hogere’, ‘verruimde’) bewustzijnstoestand leiden. Daarvoor dient een rij van basisoefeningen en basistechnieken.

III.  Basistechnieken

1. Trance-inductie
Yoga is een techniek in het inleiden in trance, een trance- en ‘doorway’techniek. Na een enkele oefening leiden de praktijken van yoga naar een staat van TRANCE, die de deur naar de onzichtbare wereld opent.
Daarvoor dienen (zoals zo vaak) …

… een rituele setting, een speciale (rituele), rustige en eventueel geblindeerde kamer, een bijzonder (ritueel) tijdstip van de dag, kaarslicht, wierookstaafjes, meditatieve muziek, speciale (rituele) lichaamshoudingen (dodenhouding, lotuszit) en lichaamsoefeningen (de asana’s); speciale rug-, been-, voet-, hand-, vinger-, tonghouding en/of stand van de ogen; het uitschakelen van de zintuiglijke waarneming; speciale ontspannings- en ademhalingstechnieken; stilte-oefeningen (denkstilte), visualiseringsoefeningen en vooral oefeningen in waarneming en concentratie, de totale concentratie van aandacht op een enkel ‘punt’. Kortom: men moet niets zien, niets horen, niets zeggen (‘drie-apen-techniek’), niets willen en niets denken.

Men moet zich op een rustige plaats terugtrekken, gemakkelijk, rechtop/kaarsrecht zitten of staan; de ogen sluiten; (het ritme van) de ademhaling controleren; de handpalmen ten hemel openen, met de vingers een cirkel maken (mudra’s); de tong tegen het harde verhemelte leggen; mantra’s (zoals bijv. de lettergreep OM) reciteren; voorstellingen voor het innerlijke of geestelijke oog visualiseren. Men moet de spieren strekken of stretchen, in afwisseling aan- en ontspannen. Men moet verschillende ademhalingstechnieken oefenen: de neus-, de wissel-, de volle-, de diepte-, de buik-, de middenrif-, de klinker-, de zucht- of ha-ademhaling. Men moet diep en langzaam ademhalen, diep in de longen, diep in de buik, de adem inhouden, zo lang of langzaam mogelijk uitademen, het ademvolume en de longcapaciteit verhogen. Men moet zich volledig en compleet concentreren: op de oefeningen, op de bewegingsmechanismen, op een zintuigprikkel (toon, klank, reuk, geur), op de ademhaling, op spiergroepen, op lichaamsdelen, op een kaarsvlam, op een uiterlijke of innerlijke voorstelling (visualisering), op een symbool, op een godheid, op het beeld van een godheid, op een mantra (OM), op een chakra, op een yantra: men moet leren beelden voor het innerlijke of geestelijke oog te zien: dieren, ademtochten, energiestromen, energiekanalen, chakra’s, kleuren, vormen, symbolen visualiseren en men moet ‘energieën’, ‘energiestromen’, in het lichaam gewaarworden of zelfs sturen.

Tot yoga behoren verder imitatie- en identificatieoefeningen, draai-, rek- en strekoefeningen, evenwichts- en balansoefeningen, oefeningen die met de aarde verbinden en oefeningen om te reciteren. Men moet bijv. andere dingen nabootsen (cobra, boom, ploeg), zich met iets identificeren en daarbij één worden met het object van meditatie; men moet de spieren rekken en strekken, de wervelkolom draaien, buigen, krommen, het evenwicht houden en zich daarbij geheel op het evenwicht concentreren, zich met ‘moeder aarde’ verbinden (‘aarden’), goddelijke wezens aanbidden (zonnegod) en aanroepen (OM), toverformules of eindeloos onzin herhalen: ik ben Brahman: ik ben god.

In het bijzonder valt de oogtechniek bij yoga te vermelden. Daarbij moeten de ogen in een cirkel ronddraaien of de blik moet op het puntje van de neus of op de neuswortel of op het punt tussen de wenkbrauwen gericht worden. De oogtechnieken zijn een centrale religieuze techniek van het hindoeïsme en sikhisme; ze kan en moeten de deur naar het hiernamaals resp. naar ‘God’ openen.

Tot de yoga behoren tenslotte speciale manieren van voeding en (afkeurenswaardige) reinigingsrituelen.

2. Paranormale en magische praktijk
Yoga is een paranormale en magische praktijk. Yoga kan bovennatuurlijke gaven en verschijnselen te voorschijn halen zoals: ongevoeligheid voor pijn, onschendbaarheid en magische wonder- of toverkrachten. Volgens A. Crowley is yoga een magische discipline: ‘De werkwijzen van yoga zijn voor het succes in de magie juist van levensbelang’. (“Yoga”, blz. 155). Zelfs de argeloos lijkende mudra’s zijn in waarheid magische of occulte gebaren die telkens specifieke geesten aanroepen; de mantra’s zijn in waarheid toverformules en smeekbeden aan goden en goddelijke wezens; de tongtechniek (tong tegen het verhemelte) komt in vele magische en occulte tradities voor. Bepaalde mudra’s worden steeds vaker door bekende politici en nieuwslezers op de televisie gedemonstreerd.

3. Astralprojectie
Yoga-oefeningen kunnen buitenlichamelijke reizen van de ziel en buitenlichamelijke ervaringen inleiden.

VI.  Kritiek
1. Yoga is in feite een hypnosetechniek. Vroeger of later leiden de oefeningen naar een staat van TRANCE.

2. Yoga is in werkelijkheid een spirituele en religieuze praktijk. In een staat van TRANCE opent zich de deur naar  onzichtbare werelden en machten, die in sommige gevallen bovennatuurlijke gaven en krachten geven. Alle yogatechnieken hebben altijd dezelfde spirituele uitwerking los van het feit in welke context ze verpakt of verstopt zijn.

3. Yoga is in werkelijkheid een magische praktijk. Vroeger of later draagt yoga bovennatuurlijke gaven en krachten over.

4. Yoga is bij gelegenheid een medisch-therapeutische praktijk met een magisch en spiritueel karakter, die zowel in de alternatieve als ook (steeds vaker) in de medische wetenschap toepassing vindt.

5. Yoga is niet ongevaarlijk. Yoga kan het lichamelijke, het psychische en het geestelijk welzijn beïnvloeden; yoga kan de geest verwarren, zoals de meeste yogateksten en vooral de totaal verwarde yogasoetra’s van Pantajali bewijzen.

6. Yoga heeft een antichristelijk en occult karakter; yoga zondigt tegen het christelijk geloof en het Woord Gods. Yoga is een religieuze heilsleer met een antichristelijk karakter. Yogateksten leren dat de mens zichzelf kan verlossen door de passende yoga-oefeningen en de voordrachten (mantra’s), die Indische goden aanroepen. Vanuit de Bijbel gezien openen yoga-oefeningen de deur naar het rijk en de machten der duisternis, waarvan de overste de slang is. Niet toevallig noemen yogi’s de krachten die ze willen mobiliseren, slangenkracht (of kundalini)!

7. Onder dwang of groepsdruk, zo bijv. in het onderwijs op school, bij het kuren, bij het revalideren of in de gezondheidszorg zijn yoga-oefeningen een moreel verwerpelijke vorm van religieuze indoctrinatie en antichristelijke bekering (onder dwang).

8. Yoga is in strijd met het recht en ongrondwettig, als en in zoverre het aan de betrokkenen wordt opgelegd zonder uitvoerige informatie over de herkomst en het karakter ervan. Op school is yoga strijdig met het verbod op hypnose, het verbod op therapie en genezen en met het grondrecht op godsdienstvrijheid.

9. Yoga is een transpersonele en transformatieve praktijk. Yoga, meditatie en alle andere praktijken van new age beogen een spirituele transformatie (= verandering) van het individu en de maatschappij. Zoals alle newage-technieken wil yoga een ‘nieuwe mens’ creëren, die zich door onzichtbare geestelijke machten laat inspireren, leiden en verleiden. Yoga moet de spiritualiteit van het christendom vervangen door de religieuze onderwijzingen en praktijken van het verre Oosten en de beoefenaars ervan in een nauw contact brengen met de geestelijke wereld. De Bijbel verbiedt deze contacten, omdat ze van God weg en naar de goddelijke tegenstrever leiden.

ONTHOUD
Yoga is een spirituele en religieuze praktijk. Na enige oefening leidt yoga naar een staat van TRANCE die de deur opent naar spirituele werelden en machten.

VII.  Advies
Vermijdt u de bovengenoemde oefeningen en praktijken van yoga, ook als ze nog zo onschuldig lijken, zoals bijv. de lichaamsoefeningen van de hathayoga, de moedra’s als ook de steeds geliefder wordende evenwichts- en balanceeroefeningen (op hoge koorden onder de naam ‘Tree Trecking’). Schakelt u bij de oefeningen nooit de zintuiglijke waarneming en/of het verstand uit; let u erop dat uw gedachten nog steeds kunnen ronddwalen en niet op één enkel ‘punt’ gefixeerd zijn; roept u nooit Indische goden aan, terwijl zij zogenaamd zinloze mantra’s herhalen (bijv. de lettergreep OM), tenzij u zich bewust aan een religie van het verre Oosten zou willen wijden. Laat u zich niet wijsmaken dat u verkeerd (‘ te oppervlakkig’) zou ademhalen, dat u onder andere uw geest leeg zou moeten maken.

Voorzichtigheid geboden bij de keuze van spirituele paden!

Als u een reis boekt, een auto koopt, een behandeling i.v.m. ziekte verwacht dan stelt u zich doorgaans van tevoren op de hoogte van het doel en de weg, van kosten en prestaties, van risico’s en bijwerkingen. Dat zou u ook bij spirituele beslissingen moeten doen. Er zijn verschillende doelen, wegen, waardebegrippen en risico’s. Leest u alles over de verschillende yogamethoden en –praktijken, voordat u een weg kiest en een cursus bezoekt. Vraagt u zich af, waarheen deze wegen tenslotte leiden, welke twijfelachtige, perverse en mensenverachtende methoden en praktijken er in geheime teksten en ritualen schuilgaan.

Laat u zich niet verblinden en verleiden. Volgt u geen pad dat u op een dwaalspoor brengt; gaat u nooit in een trein zitten die in de verkeerde richting rijdt!

VII.  Literatuur om in te verdiepen
Franzke,R.; Meditation und Yoga. Hannover 2003
Prof. dr. R.Franzke

Vertaling drs. T.B. van der Zalm