“Wat hebt gij daar in uw hand ? “ (1Sam 17) deel 2
Deze keer vragen we David: “Wat hebt gij daar in uw hand ?“. De aandachtige lezer van 1Samuël 17 zal zeggen: “Een slinger, een steen en een staf.” De slinger en de steen hebben een belangrijke rol in deze geschiedenis. We willen ingaan op datgene wat vooraf gaat, omdat we er belangrijke lessen uit kunnen leren.
David, een beeld van de Heere Jezus, als de Geliefde
Davids naam betekent ‘geliefde”, de Geliefde van de hemelse Vader, van Wie de Vader getuigde in Matth 3:17: “Deze is mijn Zoon, de geliefde, in wie Ik mijn welbehagen heb.”
David, een beeld van de Heere Jezus is, als degene Die naar deze aarde kwam.
1 Sam:17:18 Isaï zeide tot zijn zoon David: “…gij moet gaan zien hoe uw broeders het maken.”
David wist dat hij niet naar een speelplaats ging, maar naar het slagveld. Hij deed dit in opdracht van zijn vader. De Heere Jezus kwam naar deze wereld: op vijandig terrein. Want de satan is de overste van deze wereld. (Joh 14:30) Al kort nadat Hij geboren was, probeerde Herodus de Heere Jezus te vermoorden!!
David, een beeld van de Heere Jezus, als de gehoorzame Zoon, is
.David was gehoorzaam aan zijn vader. Hij deed zoals Isaï hem bevolen had. (vs. 20) Hoe lijkt hij hier op de Heere Jezus. Fil 2:8:”En uiterlijk als een mens bevonden, heeft Hij Zichzelf vernederd, gehoorzaam wordend tot de dood, ja [tot] de kruisdood.” En ook Joh 4 :34:” Mijn voedsel is, dat Ik de wil doe van Hem die Mij heeft gezonden en zijn werk volbreng.”
Ieder dag stonden de Israëlieten en de Filistijnen tegenover elkaar. David komt en vraagt zijn broers hoe het hun gaat. Terwijl hij met hen spreekt, ziet en hoort hij Goliat en ziet ook dat de Israëlieten op de vlucht slaan.” Heb je hem gezien?” zeggen de mannen die bij David zijn. Degene die hem verslaat, zal rijk worden en mag trouwen met de dochter van de koning. (vs.21 enz.)
Eliab hoort dit gesprek en wordt boos op David en beschuldigt hem van overmoed en boosheid en dat hij alleen maar gekomen is om de strijd te zien. Hoe kwam dat zo? We moeten dan teruggrijpen naar hoofdstuk 16. Het moet een behoorlijke schok voor Eliab geweest zijn, dat niet hij maar David gezalfd werd. Het is aannemelijk dat hij juist daardoor behoorlijk jaloers was en dat al die beschuldigingen daaruit voortkwamen? Hoe mooi is Davids reactie: Hij stelt een vraag en wendt zich af van zijn broer Eliab. Waarom? Omdat hij weet wie zijn echte vijand is!! Dat is niet Eliab, maar Goliat! Ik denk dat er een rijke les in deze houding ligt. Familieleden zijn niet elkaars vijanden! De vijand is iemand van buiten de familie! Een vijand die er alleen maar op uit is tweedracht te zaaien. Hoe verdrietig! Eliab was door zijn jaloersheid en boosheid de reden dat David zich van hem afkeerde.
David een beeld van de Heere Jezus, als de bemoediger, is.
Hij spreekt in vers 32 tot de koning woorden van bemoediging: “Laat niemand om hem de moed verliezen, uw knecht zal gaan en met deze Filistijn strijden.” De moed verliezen ……. Er zijn zoveel gelovige mensen, die de moed verloren hebben. Misschien bent u ook wel in een situatie geweest, dat u de moed verloren hebt, vanwege familieleden, kinderen, collega’s. Kent u dat ? Ja? Ik ook!
Ik herinner me een situatie waarin ik zo in de put zat, dat ik achter m’n bureau zat met een geopende Bijbel. Ik las, maar het zei me totaal niets. De situatie was werkelijk uiterst moeilijk. Mijn jongste dochter zat bij me in mijn kantoor te spelen. Plotseling weerklonk een zondagsschoolliedje: ”Ik ben veilig in Jezus’ armen, veilig ben ik bij Hem, ik ben veilig in Jezus’ armen. Er is nergens een plekje waar ik zo veilig ben.” Er komt nog meer achteraan, maar die paar regels zong ze. Dat was genoeg! De Heer gebruikte het om mijn aandacht op Hemzelf te richten door middel van toen een klein meisje.
Hoe jong hij ook is, David bemoedigt hier de koning van Israël. Om te bemoedigen hoef je niet oud te zijn. Hoe kun je dan iemand bemoedigen? Door hem/haar de Heere Jezus voor te stellen. Door Hem, die alle macht heeft in hemel en op aarde, te laten zien. Hij is Degene aan Wie David zich had toevertrouwd en dat mogen ik en u ook doen. Wat doet de Heere Jezus, als mensen het zicht op Hem zijn kwijtgeraakt ?
Denk aan de Emmaüsgangers.
-
Hij nadert Zelf en
-
gaat met hen mee.
-
Hij stelt een vraag: “Wat zijn dit voor woorden?”
-
Hij observeert en de Bijbel vertelt het:” Zij bleven met droevig gezicht staan.”
-
En nog een vervolgvraag in vs. 19.: “Wat dan?” (verg. Luk 24:15)
-
Vervolgens laat de Heer hen 7 verzen lang aan het woord om te vertellen wat er aan de hand is.
-
De Heer spreekt in vers 26 over Zichzelf: de Christus die dit moest lijden en [zo] in zijn heerlijkheid binnengaan. Het gevolg is dat hun harten weer “brandend” worden.
David zegt: “Uw knecht zal gaan en met deze Filistijn strijden.” Dat is het nu juist wat de Heere Jezus gedaan heeft. Hij heeft gestreden en heeft overwonnen. Hij heeft hem, die de macht van de dood had “te niet” gedaan (Hebr 2 :14). Hij is de Overwinnaar van de duivel, de dood en het graf!
David echter zeide tot Saul: “……Zowel leeuw als beer heeft uw knecht verslagen. En deze onbesneden Filistijn zal het vergaan als één van dezen, omdat hij de slagorden van de levende God getart heeft” (vs. 34-36). David vertelt hier eerst iets uit zijn eigen leven. Hij is er absoluut zeker van dat hij ook deze vijand zal verslaan. Door middel van Wie? Door Hem van Wie hij zeggen kon: ”De Heere is mijn Herder” (Psalm 23:1). De Heere: Hij Die was, is en Die zijn zal. Wat een zekerheid! Wat een voorrecht de Heere Jezus te kennen.
Welk een Godsvertrouwen spreekt er uit het antwoord van David aan Saul in vers 37. “De HERE, die mij gered heeft ………. zal mij ook redden uit de hand van deze Filistijn.” De ervaring met zijn God is voor hem een zekerheid voor de (nabije) toekomst. In Wie of waarin ligt die garantie besloten ? Niet in zijn eigen kracht of in zijn kunde als soldaat ? Neen! In de HERE !
In vers 40 lezen we over 5 gladde stenen. Hij zocht ze. Om iets te vinden moet je zoeken. Om te zoeken moet je soms moeite doen. Die stenen waren glad geworden door de werking van het water van de beek. Is het niet een beeld van Bijbelteksten, die we paraat hebben? Zodat we weten wat we moeten doen, als we aanvallen van de boze ontmoeten. Teksten die hun uitwerking in mijn en uw leven hebben, die we ook weer in andere situaties weer kunnen gebruiken.
In Matth 4 lezen we van de Heere Jezus dat hij door de satan verzocht wordt en wat is steeds Zijn antwoord? “Er staat geschreven……. “. Ook als wij aangevallen worden, mogen we steeds antwoorden: “Er staat geschreven……. “.
Nu komen we bij de vraag: David, wat heb je in je hand?
In vers 48 lezen we :” David …….stak zijn hand in de tas, nam er een steen uit, slingerde die weg en trof de Filistijn tegen zijn voorhoofd, …..” David keek niet in zijn tas en dacht niet: “Welke steen zal ik nu eens nemen?” Neen, hij wist het, één van de vijf is goed. De Heere leidde hem om de juiste steen te pakken. Daarover hoefde David zich geen zorgen te maken.
David een beeld is van de Heere Jezus, als de Overwinnaar.
Vers 50 zegt: ” Zo overwon David de Filistijn met een slinger en een steen; hij versloeg de Filistijn en doodde hem; en David had geen zwaard in zijn hand. David snelde toe, bleef bij de Filistijn staan, greep diens zwaard, trok het uit de schede en doodde hem. Hij hieuw hem het hoofd ermee af. Toen de Filistijnen zagen, dat hun held dood was, sloegen zij op de vlucht.”
In vers 54 eindigt deze geschiedenis: En David nam het hoofd van de Filistijn en bracht het naar Jeruzalem, maar diens wapenen legde hij in zijn tent. Goliat overwonnen. Satan overwonnen!
De Heere Jezus, de Overwinnaar van satan:
-
Hij heeft hem, die de macht van de dood had “te niet” gedaan (Hebr 2 :14).
-
Christus Jezus is verschenen, die de dood heeft vernietigd (2 Tim 1:10).
-
Het graf kon Hem niet weerhouden: “Hij is hier niet, Hij is opgestaan!”
En hoe is het met ons, die geloven in de Heere Jezus? Zijn we niet “door hem meer dan overwinnaars ” ? (Rom 8:37)
A.Eysink