Tempel van Salomo deel 3

Net als eenmaal de tabernakel, was ook de tempel verdeeld in een Voorhof, het Heilige en het Allerheiligste.

Tempel van Salomo (dl 3)

Net als eenmaal de tabernakel, was ook de tempel verdeeld in een Voorhof, het Heilige en het Allerheiligste. Door het voorportaal ging de dienstdoende priester naar binnen. Via deuren en een voorhangsel kwam hij in het Heilige. Aan weerskanten stonden er om en om tafels met toonbroden en zevenarmige kandelaren. In totaal tien tafels en tien kandelaren. Achterin, bij het voorhangsel, stond het reukofferaltaar.
De ark kwam in het Allerheiligste te staan. Naast de ark stonden engelenfiguren van bijna vijf meter hoog met gespreide vleugels. De wanden van de tempel en deuren waren (aan de binnenkant) versierd met beeldhouwwerk van cherubs, palmen en bloemen. Dit was allemaal met een dunne laag goud overtrokken en met allerlei edelstenen bezet.

Het meest wonderbaarlijke van de tempel was niet het uiterlijk, maar dat God daarin wilde wonen. Daarover was zelfs koning Salomo erg verbaasd! De tempel liet zien wat Gods plan was: Hijzelf wil onder de mensen wonen. De tempel is de plaats van Gods Sjechina, zijn heerlijkheid. Driemaal per jaar trokken de Israëlieten er voor de grote feesten (Pascha, Wekenfeest en Loofhutten) heen.