REÏNCARNATIE

REÏNCARNATIE

Reïncarnatie is de hindoeleer van de zielsverhuizing of de wedergeboortes. Een voorstelling die stelt, dat de ziel van de mens (of van dieren en planten) na de dood weer in materiële vorm wordt geïncarneerd. Daardoor blijft de individualiteit bestaan, want die is onvergankelijk, terwijl de persoonlijkheid steeds wisselt. Doel van het leven is nu om in zijn huidige incarnatie de persoonlijkheid met de individualiteit te verbinden, opdat hij aan het eind van zijn leven een zo gunstig mogelijk ‘karma’ meeneemt, dat bepaalt in welke vorm hij in een volgend leven zal terugkeren.

De Bijbel stelt duidelijk dat er geen reïncarnatie is. Hebreeën 9:27 zegt nadrukkelijk dat “het de mensen gegeven is, eenmaal te sterven en daarna het oordeel”. En in Romeinen 6:23 staat dat ‘het loon der zonde de dood is’ en geen karma! Christus is ook niet vele keren gekomen, als goddelijke ‘avatar’, om iedere keer opnieuw voor de zonden van ieder geslacht te sterven. Hij is ‘eenmaal, in de volheid des tijds, verschenen om door Zijn offer de zonde weg te doen’ (Hebreeën 9:26). Het begrip reïncarnatie is in het Oosten een verschrikkelijk lot, waaraan de mens zich tracht te onttrekken; vreemd genoeg wordt dit begrip in het Westen door velen met vreugde ontvangen, omdat het (net als de evolutie-hypothese) de mens de illusie geeft dat er na de dood veel tweede kansen zijn en niet het oordeel van Christus en van God.