GRIEZELEN MET KIPPENVEL

Griezelen met Kippenvel 

Steeds meer uitgevers werpen zich op het thema griezelen, dat veel kinderen aantrekt. ‘Griezelen op afstand’ kan leuk zijn, maar waar ligt de grens?

B&O magazine, door drs. R.H. Matzken
Griezelen blijft in. Steeds meer uitgevers werpen zich op dit thema dat veel kinderen erg aantrekt. Zo ook de bekende uitgever Kluitman (van Pietje Bell, Dik Trom en de Kameleon), met hun Speerpunt-serie ‘Griezels’ en vooral de Kippenvel-serie van R.L. Stine. Een aantal titels zijn:

Monsterbloed Eet smakelijk De getikte klok
Ga niet naar de kelder Het masker De vloek van de farao
De toekomst in beeld Kamp Nachtmerrie Koppensnellers!
We zijn niet alleen Horrorland Het Horrorhuis
Het spookt bij de buren Monsterbloed De rol van je leven

 

Daaraan worden kinderen vanaf 10 jaar blootgesteld. Pedagogisch wordt niet gediscrimineerd (commercieel ook niet), want de kinderen vanaf 8 jaar mogen mee-griezelen met hun Kippenvel-junior boeken:

Kijk niet in de spiegel Een griezel met zes poten Blijf maar slapen
Help, hij leeft! Vogelverschrikkers! Een vampier wordt wakker
Vertrouw nooit een heks De gootsteengriezel Het Kloddermonster

 

Behalve als Kippenvel-serie zijn boeken van Stine ook opgenomen in de serie de Zwarte Beertjes van uitgeverij Bruna, en dan is er nog de serie ‘Fear Street’ van Deltas. Genoeg dus om een kleine boekenkast te vullen.

Wij bezochten een gezin, waar de vader zijn verontrusting met ons deelde. Niet alleen vanwege deze Kippenvel-boeken, maar vooral vanwege de reactie van de openbare bibliotheek en van de christelijke school. Beide waren niet erg enthousiast over dit soort boeken, maar zouden de kinderen niets in de weg leggen wanneer ze ernaar vragen: “Wees blij dat ze boeken lezen, dat is beter dan de buis”. Welnu, soms komt dat op hetzelfde neer, want ook de Nederlandse zender Fox zendt iedere werkdag om 17.10 uur de serie Kippenvel uit: wij vragen ons af of de ouders wel eens meekijken!

Wij gingen naar de bibliotheek om de Kippenvel-boeken in te zien. Geen makkelijke opgave, want vaak is er geen enkel boek voorradig en zijn er zelfs wachtlijsten! Toch lukte het ons er één te pakken te krijgen: ‘Ga niet naar de kelder’, dat we achter elkaar uitlazen. Als volwassene heb je een flinke dosis ‘afstand’ ingebouwd, net als bij detectives die toch ook niet zonder moorden kunnen bestaan. Vandaar dus ook de–vrij algemene–houding van: “Laat ze maar begaan. Griezelen en vampiers zijn nu eenmaal ‘in’. Wanneer je er wat van zegt, lezen ze er nog meer!”

Ouders verwachten van ons een beoordeling, vooral wanneer ze betrokken zijn bij leesmiddagen en documentatiecentra. Wij geven die graag, maar maken u eerst attent op een typisch postmodernistisch verschijnsel. Hebt u ook opgemerkt dat het begrip pedagogie vrijwel geruisloos is verdwenen? Mensen die kinderen leiden en begeleiden in een wereld van kosmische energieën en entiteiten: waar zijn ze gebleven in een tijd die ‘het kind centraal’ stelt?

Daar is nu wat anders voor in de plaats gekomen, wat wij willen aanduiden als pedonomie: kinderen die zichzelf tot wet zijn (te vergelijken met autonomie). Natuurlijk hebben kinderen altijd geprobeerd om zelf uit te maken wat er moet gebeuren, maar daar stond altijd het remmende, corrigerende optreden van de opvoeders tegenover. Maar in onze tijd van ‘zelfrealisatie’ is iedere opzet om kinderen te belemmeren in hun ‘authentieke zelfontplooiing’ taboe verklaard! Christen-ouders en -leraren moeten dus ook hier, meer dan ooit, tegen de tijdstroom in roeien. Kinderen hebben recht op leiding, dus ouders-van-nu moeten ermee rekenen dat ‘opvoeden naar Gods Woord’ impopulair is en zelfs conflict betekent!

Onze beoordeling van de serie Kippenvel is uitermate negatief. Wij illustreren dit aan de hand van een voorbeeld uit de TV-serie Kippenvel. Schoolkinderen maken een excursie naar de Tower of London, waar hen onder andere allerlei martelwerktuigen worden getoond. Nog voor naar binnen gaan ziet een jongetje een verschijning van een angstaanjagende zwarte man op de trans van een toren. Zijn zusje ziet echter niets, want de man is plotseling verdwenen.
Het jongetje is doodsbang, maar zijn zusje stelt hem gerust. Afgedaald in de gewelven van de Tower en gewaarschuwd door de gids om vooral bij elkaar te blijven, worden ze opgeschrikt doordat de man van de toren plotseling tot leven komt in een beeld en als een mephisto (duivelsfiguur bij Faust) hen achtervolgt: nu behoren zij ook tot de verdoemden! Als de kinderen eindelijk, via een rioolput, uit de door hen beleefde hel ontsnappen, worden ze in de normale wereld ter verantwoording geroepen omdat hun belevenissen niet geloofd worden.

In plaats van het pedagogische begrip ‘afstand’ komt hier het postmoderne begrip ‘authentiek beleven’. Wanneer nu al bij een film voor volwassenen als ‘The Exorcist’ wordt vermeld: “deze film heeft in de VS veel psychische schade veroorzaakt”, hoeveel te meer zou dan zo’n waarschuwing op zijn plaats zijn wanneer kinderen vanaf 8 jaar, heel vaak zonder begeleiding van volwassenen, worden blootgesteld aan de verlokkingen van het bovennatuurlijke en van de onderwereld! Hier is wel heel bijzonder het tweede gebod van de grote Pedagoog van Israël van toepassing: “U mag geen beeld of afbeelding maken van wat boven in de hemel of op de aarde, noch van wat in de wateren onder de aarde is,” Exodus 20:4.

Wanneer wordt gesteld (zoals de uitgever dat doet) dat veel kinderen deze boeken met plezier lezen, kan dat voor ons geen maatstaf zijn. Wij willen zelfs aannemen dat niet alle kinderen (in het NRC-Handelsblad ‘tere zieltjes’ genoemd) van het blootstellen aan deze gruwelen nachtmerries krijgen. Maar zijn de andere kinderen (zullen wij hen ‘eeltzieltjes’ noemen?) er niet veel erger aan toe? Zij worden door het huidige griezel- en gruwel-ethos van jongs af aan vertrouwd gemaakt met de wereld van geesten en demonen. Zou hier niet een belangrijke aanwijzing liggen voor het raadsel dat door de politici als ‘zinloos geweld’ wordt betiteld?

Deze kinderen worden (figuurlijk en letterlijk) geboeid door de afschrikwekkende werkelijkheid van Gods tegenstander en tegelijk immuun gemaakt voor “alles wat waar, eervol, rechtvaardig, zuiver en mooi is en wat (als) goed bekend staat, kortom alles wat deugdzaam en loffelijk is.” (Filippenzen 4:8) Opvoeden: een strijd tussen twee bronnen van ‘waarden en normen’: uit welke bron laten wij onze kinderen drinken?