Het oude en het nieuwe kruis

Onaangekondigd en meestal ongemerkt is er op ’t ogenblik een nieuw kruis in populair evangelische kringen gekomen. Het lijkt op het oude kruis en toch is het anders: de gelijkenissen zijn oppervlakkig, de verschillen fundamenteel.

Vanuit dat nieuwe kruis is een nieuwe filosofie van het christelijk leven ontstaan en vanuit die filosofie zijn nieuwe denkbeelden gekomen: een nieuwe manier van samenkomen en een andere prediking. Deze nieuwe evangelieprediking gebruikt dezelfde taal als de oude, maar de inhoud is niet hetzelfde en ze legt niet de nadruk op dezelfde zaken als voorheen.

Het oude kruis wilde niets te maken hebben met de wereld, want de trots van Adam (= de oude mens) werd gezien als het einde van de reis. Het bracht de noodzaak van veroordeling door de wet van Sinaï met zich mee. Het nieuwe kruis bestrijdt de mens niet; het is eerder te verstaan als een vriendelijk maatje en het is de bron van heel veel goed vermaak en onschuldig amusement. Het laat de oude mens zonder hinder leven. Zijn levensinstelling is onveranderd; hij leeft nog voor zijn eigen plezier.

Het nieuwe kruis moedigt een nieuwe en totaal andere evangelische benadering aan. De voorganger spreekt niet over tegenstellingen, maar over overeenkomsten. Hij zoekt naar de sleutel voor de interesse van het publiek door te laten zien dat het christendom geen onprettige vragen stelt; het biedt echter dezelfde dingen als de wereld, alleen op een hoger niveau.

Het nieuwe kruis doodt de zondaar niet, het geeft hem een andere richting. Het maakt hem klaar voor een zuiverder en vrolijker manier van leven en redt zijn zelfrespect … Het is vals, omdat het blind is! Het mist totaal de bedoeling van het kruis.

Het oude kruis is een symbool van de dood. Het geslacht van Adam is ter dood veroordeeld. Er bestaat geen afkoopsom of ontkoming. God kan niet enige vrucht van de zonde goed keuren, hoe onschuldig die er ook uit mag zien of mooi in de ogen van mensen. God redt het individu door hem te laten sterven en hem dan te doen opstaan tot een nieuw leven.

Het evangelie dat vriendelijke parallellen tekent tussen de wegen van God en de wegen van de mens is onverenigbaar met de Bijbel en wreed voor de zielen van haar toehoorders. Het geloof in Christus is niet gelijk aan de wereld, het gaat er tegen in. Bij het komen tot Christus brengen wij niet ons oude leven op een hoger plan; we laten het bij het kruis. De graankorrel moet in de grond vallen en sterven.

God biedt leven aan, maar niet een verbeterd oud leven. Het leven dat Hij geeft is leven uit de dood. Laat de mens het niet op een akkoordje gooien met God, maar laat hij zijn hoofd buigen voor Gods toorn en weten dat hij de dood verdient. De kracht die Christus uit de dood opwekte, wekt hem nu op tot een nieuw leven met Christus.

Bron: crossroad.to

 

A.W.Tozer