Unfair klimaatdebat lokt complottheorieën uit

Inleiding
Het klimaatdebat wordt unfair gevoerd. Eigenlijk is er geen klimaatdebat. Andersdenkende wetenschappers worden kaltgestellt. Dit geeft niet alleen een eenzijdige uitkomst van het debat, maar is ook een voedingsbodem voor complottheorieën op andere terreinen van het leven.

Klimaat of milieu
Deze twee woorden worden vaak door elkaar gebruikt. Toch hebben ze een verschillende betekenis. Het milieu is de biologische leefomgeving, ofwel alles om ons heen: grond, lucht en water. Het klimaat is het gemiddelde weer van de laatste 30 jaar. De relatie is, dat het klimaat een onderdeel is van het milieu. Het klimaatdebat komt voort uit het milieudebat.

Het milieudebat
De econoom en dominee Robert Thomas Malthus kwam in 1798 met de waarschuwing, dat de bevolkingsgroei sneller ging dan de groei van de voedselproductie met hongersnood als gevolg Zijn betoog leek rationeel. De toename van de voedselproductie zou gaan via een rechte lijn, en de aanwas van de bevolking als een kromme lijn die steeds sneller ging stijgen. Hiernaast is zijn stelling door een grafiek verklaard. Het punt S waar de rechte lijn de kromme lijn snijdt (geprojecteerd als T op de horizontale tijd-as), zou het moment zijn, dat de hongersnood zou beginnen. De jaren verstreken. De groei van het aantal inwoners van de meeste Europese landen verliep niet zoals de kromme lijn in de grafiek. Een van de oorzaken was het gebruik van voorbehoedsmiddelen. De hongersnood kondigde zich dan ook niet aan. Het volgende doemscenario was het rapport van de Club van Rome, getiteld: ‘De grenzen aan de groei’, dat in 1972 werd uitgebracht. Kort daarna brak de oliecrisis uit. De toenmalige minister-president Joop den Uyl kondigde de autoloze zondag af. Hij deed er nog een schepje bovenop door te verklaren, dat de wereld nooit meer hetzelfde zou worden. Grote woorden, maar niet waar. We moesten ons realiseren, dat de olieproducerende Arabische landen Nederland boycotten, omdat Nederland zich pro-Israël had verklaard tijdens de Jom Kipoer-oorlog (die duurde van 6-26 oktober 1973). Dus had de oliecrisis niets te maken met het rapport van de Club van Rome. Later bleek, dat veel voorspellingen die in het rapport van de Club van Rome waren opgetekend, niet zijn uitgekomen. In ieder geval, de toon was gezet; het milieudebat bleef op de agenda staan, maar werd voortgezet als klimaatdebat.

Milieubeleid
In 1980 kwam in Nederland het gifschandaal in Lekkerkerk aan het licht. Een hele nieuwbouwwijk, Lekkerkerk West met 300 woningen, bleek gebouwd op sterk verontreinigde grond. De vervuiling kwam aan het licht, nadat een waterleidingbuis brak die aangetast was door de inwerking van agressieve chemische stoffen. Het was de eerste grote bodemvervuilingsaffaire in Nederland. Deze gebeurtenis heeft tot een rationeel milieubeleid geleid (gereguleerd door de overheid) dat het milieu goed heeft gedaan. Denk bijvoorbeeld aan bodemsaneringen, inspanningen om het buitenwater (meren) schoon te krijgen, enzovoort. Uit eigen ervaring heb ik geconstateerd, dat sinds dit gifschandaal voor bedrijven het milieu-aspect steeds meer een issue werd, waar men rationeel mee omging. Een voorbeeld: in mijn bedrijf conserveerden wij in de jaren tachtig van de vorige eeuw staalconstructies (met oplosmiddel houdende verf) op een vloer van betonplaten. Dit was ons vergund door de Hinderwetvergunning. Later werden er nadere eisen gesteld aan de vloer, want die moest vloeistofdicht zijn. Die eis vloeide voort uit onze vernieuwde Hinderwetvergunning, die de toepasselijke naam Milieuvergunning had gekregen.

Het klimaatdebat
In 2006 publiceerde El Gore (vicepresident van 1993 – 2001 onder Bill Clinton) zijn boek An Inconvenient Truth, in het Nederlands uitgeven als Een Ongemakkelijke Waarheid. Het boek is ook verfilmd. Het bleek opnieuw een doemscenario te zijn, dat niet is uitgekomen. Al Gore en de zijnen gaan ervan uit, dat de aarde aan het opwarmen is door een verhoging van de CO2 -concentratie die wordt veroorzaakt door menselijke activiteiten. Het boek van Al Gore kreeg een enorme publiciteit. Er werd veel over het boek gesproken, maar het werd nauwelijks gelezen. Het is ook meer een kijkboek dan een leesboek. Een soort PowerPoint-presentatie. De vele afbeeldingen, maar vooral de grafieken (de later bekritiseerde ‘hockeystick’) zijn suggestief. De teksten die erbij geschreven zijn, zijn dit ook. Er staan tien gele katernen in van elk vier pagina’s met emotionele verhalen over zijn jeugd, zijn vrouw en meer van dergelijke softe onderwerpen. Het laatste gele katern met als titel De politisering van klimaatverandering staat vol met suggestieve verdachtmakingen aan het adres van ‘een paar multinationals en de regering Bush.  Op een van de laatste pagina’s staat:  Nu is het aan ons om gebruik te maken van onze democratie en het door God gegeven vermogen om met elkaar na te denken over onze toekomst, om morele keuzes te maken die het beleid en het gedrag te veranderen, omdat er anders voor onze kinderen en kleinkinderen en voor de mensheid slechts een afgedankte onttakelde en vijandige planeet resteert.’ Daarna de vraag: ‘Wat kun je zelf doen tegen klimaatverandering?’ De adviezen zijn triviaal en obligaat: ‘Je moet energiezuinige apparaten kopen, je huis isoleren, op heet water besparen, minder autokilometers rijden door meer te gaan wandelen en carpoolen.’ Ongeveer vijftien jaar later is duidelijk geworden, dat de voorspellingen die hij deed in zijn boek niet zijn uitgekomen. Bijvoorbeeld stelt Al Gore op pag. 45, dat op de toppen van de Kilimanjaro (bergmassief in Tanzania) ‘er over minder dan tien jaar op de Kilimanjaro geen sneeuw meer zal liggen’. Het boek toont foto’s van het bergmassief van achtereenvolgende jaren waarop steeds minder sneeuw (gletsjers) te zien is. Touroperators ter plaatse zijn er beter van geworden, omdat veel toeristen nog ‘het laatste beetje sneeuw’ wilden zien. Zij zagen echter altijd veel sneeuw.

Klimaatdissidenten
Het klimaatdebat wordt niet fair gevoerd. Wetenschappers die een ander standpunt innemen dan de ‘mainstream’ worden de mond gesnoerd. Ik noem hier de Nederlandse meteoroloog Henk Tennekes (niet te verwarren met zijn naamgenoot, die toxicoloog was). Henk Tennekes was onderzoeksdirecteur van het KNMI. Hij was het niet eens met het klimaatverdrag van Kyoto (1992). Hij werd als onderzoeksdirecteur van het KNMI ontslagen. In de New Scientist (12-2-2012) schreef de wetenschapsredacteur van de Volkskrant, Maarten Keulemans, het volgende over Henk Tennekens. Oud-onderzoeksdirecteur bij het KNMI, oud-hoogleraar lucht- en ruimtevaart in de VS werd ontslagen bij het KNMI wegens toenemend excentrieke opvattingen, waarbij hij bijvoorbeeld de Bijbel gebruikte om wetenschappelijke argumenten te ondersteunen. Raakte in conflict met het KNAW (Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen) over het klimaat en zegde daarna zijn lidmaatschap op.’
Frans van Helvoort schreef hierop de volgende reactie:

Verder zou ik u willen verzoeken om de stukken te benoemen die gaan over het gebruik of misbruik van de Bijbel in wetenschappelijke discussies zoals u bij Henk Tennekens aangeeft. Dan wordt dat voor iedereen duidelijk. Deze man is bij het KNMI ontslagen, omdat hij zijn twijfels had en nog steeds heeft over de klimaatmodellen. Als dit anders is, verneem ik dat gaarne van u met bronvermelding.’

Henk Tennekes is op 3 juli dit jaar op 84 jarige leeftijd overleden. In stilte. Ik heb nergens een In Memoriam kunnen vinden.  Dan de Australische wetenschapper, Peter Ridd. Hij wees erop, dat de berichten over het afsterven van het Australische Great Barrier Reef waren gebaseerd op ondeugdelijk wetenschappelijk onderzoek. Dat was tegen het zere been van enkele van zijn collega’s. Hij werd door de James Cook universiteit, waaraan hij was verbonden, ontslagen. Hij vocht zijn ontslag aan bij de rechter. Die stelde hem in het gelijk. Maar zijn ontslag bleef van kracht. Peter Ridd zal wel een flinke schadevergoeding hebben ontvangen, dus behoeven we geen medelijden met hem te hebben. Maar het gevolg is, dat weer een kritisch geluid werd geëlimineerd.

Verder noem ik Philippe Verdier. Het is 2015. In Frankrijk zijn de voorbereidingen van de klimaatconferentie die in december in Parijs gehouden zou worden, in volle gang. De minister van Buitenlandse Zaken, Laurent Fabius, had weermannen en –vrouwen opgeroepen om aandacht te schenken aan de ernst van het klimaatprobleem in hun uitzendingen. Philippe Verdier weigerde om aan dit verzoek van de minister gehoor te geven. Enkele maanden voor die grote klimaatconferentie die eind 2015 plaatsvond, publiceerde Philippe Verdier, toen chef van de meteorologische dienst van de Franse tv Climat Investigation. In dit boek neemt hij stelling tegen de ‘gangbare’ uitspraken over het klimaat. Na de publicatie van zijn boek werd hij ontslagen bij de Franse tv.  De bovengenoemden zijn niet de enigen. Ik noem nog de volgende namen van ‘klimaatdissidenten’: Richard (Dick) Lindzen, Judith Curry, Sally Baliunas, Patrick Michaels, Lennart Bengtsson en Susan Crockford. Deze opsomming is niet uitputtend. Tenslotte mag hier de naam van toenmalige president van Tsjechië, Václav Klaus, niet ontbreken. Een korte tijd, nadat ‘Een ongemakkelijke waarheid’ van Al Gore was uitgekomen, publiceerde Václav Klaus zijn boek De Blauwe planeet (niet groen). Klaus heeft in tegenstelling tot Al Gore een rustige betoogtrant. Zijn boodschap: we moeten waken voor een groene totalitaire ideologie. Een boodschap van iemand die in een communistische totalitaire wereld heeft geleefd. Deze boodschap wordt steeds actueler.

Klimaatbeleid
Op grond van dit eenzijdige en unfaire ‘klimaatdebat’ wordt er klimaatbeleid bepaald. Dit klimaatbeleid, in het bijzonder de bio-, wind- en zonne-energie, is funest voor het milieu. Ik noem: boskap (opwekken van elektriciteit via biomassa), landschapsvervuiling, vernietiging vogels, overlast en gezondheidsklachten voor omwonenden, waardeverlies van nabijgelegen woningen, vermindering van de biodiversiteit, opslagproblemen na het einde van de levensloop van het materiaal. De kosten zijn astronomisch en het effect op het klimaat is niet meetbaar. Ook niet aan het eind van deze eeuw. Verder hebben de hoge ‘klimaatuitgaven’ tot gevolg, dat andere sectoren in de maatschappij het moeilijk hebben. Ik noem hier de gezondheidszorg, onderwijs en defensie.

Complottheorieën
Met bovenstaande heb ik het klimaatvraagstuk niet uitputtend behandeld. Wel heb ik genoeg argumenten aangedragen om te laten zien, dat het klimaatdebat unfair gevoerd wordt. Daarbij is er sprake van een tweedeling. Mijn standpunt over het klimaat legt een hypotheek op mijn contacten. Want als ik met ‘klimaatgeestverwanten’ spreek, dan ervaar ik, dat zij over andere zaken heel anders denken dan ik. Bijvoorbeeld zij zijn anti-Amerikaans en vaak koesteren zij sympathie voor de Russische president Poetin. Maar als ik hun vertel, dat ik blij ben dat er zoiets als een NAVO bestaat, en dat ik niets moet hebben van Poetin, zijn ze stomverbaasd. Vaak houdt het gesprek op.  Maar ook omgekeerd. Tijdens een kerkelijke activiteit liet ik mij ontvallen, dat ik geen enkel geloof heb in de opvatting, dat de opwarming van de aarde het gevolg is van de menselijke activiteit. Ik voegde eraan toe, dat door Nederland vol te zetten met windmolens en zonnepanelen, dit nauwelijks soelaas zal bieden, en dat het energievraagstuk alleen kan worden opgelost door elektriciteit op te wekken met kernenergie. Afgezien van het feit dat men mij dan vol ongeloof aankijkt, verdenkt men mij ervan, dat ik op andere gebieden ook afwijkende standpunten zal hebben. ‘Ik zou wel eens pro-Poetin kunnen zijn.’ Het gesprek stokt. Maar gezien het feit dat we dezelfde geloofsachtergrond hebben, is een gesprek vaak nog mogelijk. Zou die geloofsachtergrond er niet geweest zijn, dan zou het vertrouwen ver weg zijn. En zou men mij voor een wappie uitgemaakt hebben.

Deze tweedeling die zelfs kan leiden tot allerlei complottheorieën (zoals over de covid-vaccinatie), is een van de gevolgen van het unfaire klimaatdebat.

Johann Grünbauer