„Wat, ben jij alleen maar huisvrouw?“

Een bemoediging om tegen de tijdgeest in te gaan

In elke levensfase moet ik mij opnieuw afvragen welke prioriteiten ik in mijn dagelijks leven moet stellen. Ik wilde graag trouw handelen naar Titus 2 (“huishoudelijk”), maar tegelijkertijd lokte de roep naar zelfverwerkelijking  mij. Sinds ik kinderen heb, moet ik mijzelf ook vaak rechtvaardigen, waarom ik niet ga werken, maar “alleen maar” huisvrouw ben. Sommige mensen hebben hier bewondering voor, anderen stoppen mij in het vakje “conservatief en naïef”. Daar kwam de maatschappelijke en politieke discussie nog bij, die de huisvrouw met het woord “aanrechtsubsidie” naar de maatschappelijke zijlijn schoof. Eigenlijk is het een luxe dat velen van ons toch nog de mogelijkheid hebben om erover na te denken, of ze buitenshuis willen gaan werken of niet. Eeuwenlang werd deze vraag helemaal niet gesteld, omdat werk en wonen voor de industrialisering geen gescheiden levenssferen waren. In de eenvoudige bevolking moesten de vrouwen vaak meewerken in het eigen bedrijf of in de landbouw, alleen al om het gezin te laten overleven. Bij velen is dat vandaag de dag ook nog het geval, maar velen van ons hebben toch een zekere keuzemogelijkheid.

Ik heb opgemerkt, dat er vrouwen zijn die helemaal opgaan in hun rol als moeder en huisvrouw. Ik heb grote bewondering voor hen, die veel moesten opgeven om dit te doen en die nu met vreugde en overgave er “alleen” voor hun gezinnen zijn. Dan zijn er ook nog andere vrouwen die graag met hun hoofd werken en bij wie de huishoudelijke taken niet zo liggen. Veel van deze vrouwen liggen misschien overhoop met Bijbelteksten die de nadruk leggen op de huishoudelijke actieradius van de vrouw, en vragen zich af of God ook niet ook nog andere taken voor hen heeft, die meer met hun talenten overeenkomen. Ik wilde er achter komen wat de Bijbel over dit thema zegt en of het überhaupt Gods denkbeeld is, dat wij vrouwen alleen maar “achter het aanrecht” thuishoren en helemaal niets anders mogen doen. Daartoe heb ik drie vrouwen bestudeerd, die in de Bijbel positief genoemd worden en die naast hun primaire takenpakket thuis nog iets anders bewerkstelligen:

De vrouw in Spreuken 31: een veelzijdige huisvrouw (Spr 31:10-31)
Als wij dit Bijbelgedeelte doorlezen, zijn wij misschien eerst gefrustreerd, omdat wij – ik  tenminste – niet aan dit voorbeeld voldoen. Vooral in onze eeuw gaan alle alarmbellen af: “Let op, burn-out, dat kun je toch allemaal niet klaarspelen!” Maar Spreuken 31 maakt duidelijk dat wij vrouwen beslist bijvoorbeeld commerciële, sociale en handvaardige vaardigheden kunnen en moeten ontplooien. Hoe mooi is het toch, dat God een ieder van ons met verschillende talenten heeft gezegend! Het is goed als wij weten, welke talenten wij hebben en hoe wij die voor onze gezinnen, maar ook voor Gods koninkrijk kunnen inzetten.
Bovendien valt mij op dat de man en de kinderen van deze degelijke vrouw zich blijkbaar niet door haar vele activiteiten veronachtzaamd voelen. Haar man houdt vergaderingen met de oudsten van het land, waarvoor zij hem beslist de hand boven het hoofd gehouden heeft. En aan het eind van het hoofdstuk prijzen haar man en kinderen haar. Zij schijnen blij te zijn, zo’n begaafde en vlijtige vrouw en moeder te hebben. Hoe kun je het klaarspelen om zo’n vrouw te zijn? Ik denk dat Titus 2 hier een rol speelt, waar de jonge vrouwen binnen een lijst van nastrevenswaardige eigenschappen het eerst gezegd wordt, dat zij hun man en kinderen lief moeten hebben. Man en kinderen moeten dus altijd op de eerste plaats staan. Maar als het met de behoeften van het gezin verenigd kan worden, is het een zegen, als wij onze verschillende talenten ter ere van God zodanig inzetten dat ook mensen buiten ons gezin daarvan profiteren.

Lydia, een gastvrije zakenvrouw (Hand 16:11-15 en 16:40)
Lydia was een purperverkoopster en daarmee een vrouw die in een beroep werkzaam was. Nadat ze tot geloof gekomen was, zette zij zich met volledige overgave voor het christelijke geloof in. Wij kunnen vermoeden, dat ze geen arme vrouw was, maar een vooraanstaande zakenvrouw, die zich in hogere kringen bewoog. Ze heeft waarschijnlijk een groter huis gehad, want ze nodigde Paulus en zijn begeleiders uit om bij haar te wonen. Haar gastvrijheid was zeker een grote zegen voor de jonge gemeente, die in Philippi ontstond. Ik concludeer steeds meer, dat het onderwerp “gastvrijheid” de meest verschillende gebieden dekt. Een gastvrije vrouw dient over veel talenten te beschikken, niet in het laatst op het gebied van de zielszorg. Als wij onze huizen met mensen vullen, dan beleven wij ook heel veel interessante gesprekken en ontmoetingen. Vervelen zullen wij ons zeker niet! De vraag is natuurlijk ook wat voor soort gastvrijheid wij nastreven. Moet ons huis altijd glimmen en moet alleen het beste eten op tafel staan? Een huis moet gezellig en schoon zijn, maar niet steriel als een ziekenhuis. Het zou mooi zijn, als wij vrouwen ons niet wederzijds onder druk zetten en ons van de eis tot perfectie zouden kunnen bevrijden, om daardoor meer ruimte voor gastvrijheid te creëren. Onze focus zou op de gemeenschap gericht moeten zijn, dat allen verzadigd worden.

Priscilla, een Bijbelvaste tentenmaakster (Hand 18:2-3 en 26)
Met Priscilla wordt een gelovige, ijverige vrouw aan ons voorgesteld: ze is tentenmaakster van beroep, gastvrij en Bijbelvast. Ondanks het vele werk dat haar man als tentenmaker had (en waarbij zij hem zeker ook geholpen heeft), moet ze altijd nog tijd overgehad hebben om zich met de Schriften bezig te houden. Want er wordt gezegd, dat haar man en zij de Jood Apollos tot zich namen en hem de “weg Gods nauwkeuriger uitlegden”. Priscilla was dus bekend met het geloof en had er gevoel voor, wie meer onderwijzing nodig had. Later had zij een gemeente aan huis (Rom 16:3-4). Wat een voorbeeld!
Hoe is het bij ons met de tijd gesteld, die wij met onze Heere en met de Bijbel doorbrengen? Als echtgenote en moeder komen wij vaak in de verzoeking om bij een overhoop gehaalde agenda als eerste onze stille tijd over te slaan of altijd verder naar achteren te schuiven. Maar het is belangrijk om deze tijd te nemen en haar ons ook in de drukte van alledag niet te laten ontnemen. Het is mijn ervaring dat de sfeer in mijn gezin sterk afhangt van mijn gemoedstoestand als moeder. Daarom wil ik mij bewust elke dag door God en Zijn Woord laten vormen.

Feit
Uit de voorbeelden van deze drie vrouwen zie ik hoe veelzijdig Gods wegen zijn en voor hoeveel mooie en vervullende taken Hij ons vrouwen wil gebruiken. Laten wij ons afvragen: is het ons hoogste doel om te gaan werken, om onafhankelijk te zijn of ons een tweede vakantie te kunnen veroorloven? Of gaan wij alleen werken, als dit in harmonie is met onze primaire taken in gezin en gemeente? En als onze man genoeg verdient, zijn wij dan ook bereid om bewust thuis te blijven en om ons heen te kijken, welke taken wij in Gods Koninkrijk zouden kunnen overnemen? Veel daarvan laat zich goed met huwelijk en gezin combineren. In de fasen waarin ik mijn comfortzone heb opgegeven, heb ik altijd bevrediging en werkelijke vreugde beleefd. Elke vrouw beschikt echter over verschillende krachtreserves. Wij moeten ons er daarom voor behoeden, anderen in vakjes te stoppen als ze niet aan onze maatstaven voldoen. Ik heb tijdens mijn observatie van gezinnen van schoolvrienden van mijn kinderen de laatste tijd een schokkende ontdekking gedaan. Veel vrouwen hebben na de baby- en kleuterfase een grote behoefte om zichzelf te ontplooien en zetten zich daar met al hun energie voor in. Veel taken worden onuitgesproken van de man verwacht. Door de nieuwe situatie worden dan hoge eisen aan de man gesteld. Meestal heeft men als echtpaar tijd te kort. In sommige gevallen waren gebroken huwelijken het resultaat.

Natuurlijk waren er vaak meerdere redenen als een huwelijk strandt en de hele situatie is vaak zeer complex. Maar de tijd met zijn tweeën om het openlijk bespreken van persoonlijke behoeftes is van groot belang. Hebben c.q. geven wij vrouwen deze noodzakelijke tijd voor onze huwelijken en de daarmee verbonden prioriteit? Zijn wij bereid om ook bij de vraag naar het uitoefenen van een beroep eerlijk naar Gods plan voor ons leven te vragen? Ik wens en bid, dat ik dit steeds meer in praktijk zal brengen en dat wij als gelovige echtgenotes door ons handelen een getuigenis in de wereld van gebroken huwelijken kunnen zijn!

Sabine Kunz

Bron: fest und treu, 02/2019

vertaling: mevr. A.van Laar