Creationisme gevaar voor de wetenschap?

Op 4 oktober 2007 is het rapport nr. 11297 tegen het creationisme in tweede lezing door de Raad van Europa aangenomen, nadat het op 26 juni 2007 was terugverwezen naar de rapporteur. Het eerste rapport is toen in de korte tijd tussen publicatie en behandeling alinea voor alinea van kritisch commentaar voorzien door enkele Nederlandse creationisten. In feite is er nauwelijks een zin in het rapport,  die recht doet aan de feiten. Ook de Duitse wetenschappelijke organisatie ‘Wort und Wissen’ heeft fel en zakelijk gereageerd. Een supranationaal lichaam bemoeit zich hier in detail met de inhoud van het onderwijs in de landen van de Europese Unie, wat ingaat tegen alle opvattingen betreffende de vrijheid van onderwijs.

Het rapport is eenzijdig positief ten opzichte van het evolutionisme en schildert creationisme af als een gevaar voor de voortgang van de wetenschap en vreest zelfs dat een theocratie wordt nagestreefd. Afgezien van het feit dat de conclusies van het rapport strijdig zijn met verschillende door de Europese lidstaten aangenomen conventies en charters, is alleen al het feit dat zo’n rapport verschijnt een vreemde zaak. Wat is hier eigenlijk aan de hand?

Definities
Zonder begripsomschrijving kun je geen zinnige discussie voeren. In het rapport ontbreekt een klare definiëring van de begrippen evolutionisme en creationisme. Daardoor kunnen sentimenten de hoofdrol spelen. Eén van de belangrijkste sentimenten is angst. Waarover straks.

Wat is creationisme? Een conglomeraat van opvattingen, die uitgaan van de Bijbelse waarheid dat heelal en aarde geschapen zijn, duizenden jaren geleden, in zes opeenvolgende dagen. Enkele varianten geloven dat het heelal (en soms ook de aarde) heel oud is en dat er herschepping en herinrichting van de aarde plaatsvond, duizenden jaren geleden. Binnen het creationisme zijn Schriftbeschouwing en Bijbelgebruik niet overal gelijk, maar de verschillen groeien naar elkaar toe.

Dan heb je nog het ‘theïstisch-evolutionisme’, dat het hele evolutionistische wereldbeeld accepteert, maar iets moet verzinnen voor de schepping van Adam, de zondeval, de intrede van de dood in de schepping. Hier eigenlijk alleen maar problemen. Eén van hen is Cees Dekker, de moleculair bioloog die in 2005 de knuppel in het hoenderhok wierp met zijn discussie over Intelligent Design met minister Maria van der Hoeven.

Intelligent Design is een stroming in de – hoofdzakelijk biologische – wetenschap, die erkent dat veel biologische systemen het gevolg zijn van ontwerp, omdat ze onherleidbaar complex zijn, dat wil zeggen dat het ontbreken van één element de hele functionaliteit teniet doet. Dat spreekt tegen het Darwinisme dat stelt, dat toevallige mutaties, waarop natuurlijke selectie werkt, de motor van de vooruitgang is en de ‘schepper’ van alle levensvormen. Het zal niet verwonderen dat de meeste ID-ers christenen zijn. Hier wordt wel gesproken over ontwerp, maar gezwegen over de Ontwerper, omdat dat buiten de competentie van de wetenschap ligt. Maar tegenstanders prikken daar eenvoudig doorheen en vegen ID gewoon op de hoop van het creationisme.

Evolutionisme tenslotte is de onvermijdbare opvatting, als je schepping afwijst. Met deze simpele definitie kan het worden afgedaan. Het is de gangbare filosofie in de wetenschap, die fervent wordt beschermd en verdedigd.

Soorten wetenschap, gegevens, hypothesen
In natuurkunde, chemie en moleculaire biologie kun je herhaalbare tests doen, of je kunt iets beredeneren, als in de wiskunde. Hier kunnen we spreken over ‘feiten’. Maar veel wetenschappen gaan over het verleden, zoals historische wetenschap, archeologie, antropologie, geologie, kosmologie en biologie. Als we over dat verleden geen betrouwbare geschreven bronnen hebben, moeten we onze toevlucht nemen tot gissingen. Veel is hier gebaseerd op uiterst wankele vooronderstellingen. Van daaruit worden hypothesen opgebouwd en zo mogelijk opgetuigd met ‘feiten’. Maar met de schaarse gegevens kun je vele modellen opbouwen. De onverklaarbare zaken worden dan veelal afgedaan met te verwijzen naar ‘evolutie’. De ‘wetenschap’ heeft de Bijbel als gegevensbron op elk gebied geminacht. Daarom hebben we geen ‘kader’ meer waarbinnen de geschiedenis zich afspeelt. Alles komt binnen het kader van miljarden jaren als verdunde incidenten los te hangen, zonder verband.

Is creationisme wetenschappelijk?
Binnen het creationisme moet het denken over de vooronderstellingen en de wijze waarop de Bijbel functioneert, nog verder worden aangescherpt. Er is al veel bereikt met betrekking tot een gezonde wetenschappelijke denkwijze. Er is nog een tekort aan academisch opgeleide creationisten. Dat wordt gedeeltelijk goed gemaakt, doordat een aantal niet-academici grondige studies heeft gedaan op de gebieden van biologie, historie, kosmologie en geologie. Op deze gebieden kunnen resultaten worden getoond, die de toets van elke wetenschappelijke kritiek glansrijk kunnen doorstaan.

Enkele resultaten
Het hierboven genoemde probleem, dat gebeurtenissen zonder verband blijven in het evolutionistische kader, geldt niet voor het creationisme. De korte chronologie dwingt als het ware tot het ineenschuiven van de geschiedenis en leidt vaak tot opmerkelijke nieuwe ontdekkingen. Enkele aansprekende voorbeelden:

De Duitse biologen Junker en Scherer (beiden profs aan Duitse universiteiten) schreven een biologie-leerboek, dat de evolutionaire opvattingen in de biologie weerlegt aan de hand van de biologische feiten. Geen wonder dat zij in pers en tv als idioten zijn voorgesteld.

De Nederlanders Hoogerduijn en De Wit leggen – na een research van 11 jaar –  de laatste hand aan een geologische geschiedenis van de aarde, die aantoont hoe het Bijbelse uitgangspunt leidt tot een logische en elegante verklaring van veel geologische problemen.

De Britse historicus Cooper deed 25 jaar research naar de koningsgenealogieën van oude Keltische, Britse en Saksische volken en toonde hun relatie met de Bijbelse gegevens aan.

De Australische geoloog/astronoom Setterfield stelde een kosmologisch model op, uitgaande van algemeen geaccepteerde wetenschappelijke gegevens, dat aantoont waarom het heelal onmogelijk ouder kan zijn dan ± 8000 jaar.

Vanwaar de weerstand?
De toenemende weerstand binnen de gevestigde wetenschap tegen het ‘creationisme’ heeft niet in de laatste plaats te maken met deze en dit soort resultaten, die zich aanzienlijk beter met de bekende feiten verdragen dan de evolutie-hypothesen. Er heerst angst, die het resultaat is van wat men wel noemt ‘cognitieve dissonantie’: de werkelijke wereld waarin wij leven is op elk punt in tegenspraak met het evolutionisme. Bovendien zijn er daar vele dissidenten en dissidente groepen. Enkele voorbeelden:

De bioloog Denton, die de onhoudbaarheid van de biologische vooronderstellingen aantoont in zijn boek uit 1985 ‘Evolution, a theory in crisis’. Boycot en uitsluiting waren het gevolg.

De Britse wetenschapsjournalist Richard Milton, die in 1992 een boek schrijft over de zwakke basis van het evolutionisme ‘The facts of life, shattering the myths of Darwinism’. Hij is door spraakmakende evolutionisten uitgemaakt voor een gek, die psychiatrische hulp nodig heeft (ieder die het niet met ons eens is, is gek).

De open brief aan de wetenschappelijke wereld van het Discovery Institute, waarin intelligent ontwerp van biologische systemen als onafwendbaar wordt voorgesteld.

Het zgn. Cosmology statement van een groep wetenschappers, die het Big Bang model afwijzen als totaal ontoereikend en die onderzoeksgeld willen voor levensvatbare alternatieven. De praktrijk is dat men nu zijn toevlucht neemt tot minderwaardige praktijken als laster, boycot, uitsluiting en ook probeert om via de politiek de verspreiding van deze vruchtbare ideeën tegen te gaan.

Onze houding
Wat doen wij hiermee? Gewoon hard en efficiënt door blijven werken, zorgen dat we goed opgeleide jonge mensen aan het werk kunnen krijgen. De echte werkelijkheid weerspreekt de evolutionaire dogma’s op elk denkbaar punt. Nieuwe ideeën in de wetenschap doorlopen volgens filosofen drie fasen: 1. ze worden genegeerd of neerbuigend behandeld, 2. ze worden met toenemende heftigheid en met gebruikmaking van alle middelen bestreden (in deze fase zitten we nu), en 3. ze worden geaccepteerd. Dat laatste zal nog wel even duren. We hebben als christenen veel te lang aan de zijlijn gestaan. Ons optreden wordt niet gewaardeerd. Maar hard werken, goed samenwerken en niet in de laatste plaats gedurig gebed zijn nodig om verder te komen.

 

Rinus Kiel