Islamitische en Westerse waarden

Vullen ze elkaar aan . . . of sluiten ze elkaar uit?

Eind januari 2004 verscheen het rapport van de commissie-Blok ‘Bruggen bouwen’ over 30 jaar integratiebeleid in Nederland. Hierin wordt onderscheid gemaakt tussen geslaagde integratie en niet-geslaagde integratie. Ook wordt een aantal factoren vermeld die echte integratie moeilijk of onmogelijk maken, zoals het handhaven van de eigen – op moslimwaarden en sjaria-ethiek – gebaseerde cultuur.

Bezwaren tegen het rapport waren gebrek aan duidelijkheid en aanbevolen maatregelen. Het Platform voor islamvragen heeft nu een studie gemaakt om aan deze onvoldoende geachte duidelijkheid bij te dragen, waaruit wij alvast enkele gevens noemen.

Onze Europese (Westerse) culturen dragen het stempel van een joods-christelijk en humanistisch erfgoed. Tegenwoordig is men in onze Westerse landen eerder geneigd te zwijgen over het joods-christelijke erfgoed (Europese Grondwet en WRR rapport) en zich te beperken tot de humanistische waarden, die voortkomen uit de Renaissance en Verlichting. Daarmee doen wij echter onszelf tekort en zijn wij onvoldoende opgewassen tegen de uitdagingen waarmee de islam ons confronteert.

De islamitische ethiek is allereerst religieus in de betekenis van onderworpenheid aan Allah en geloof in de laatste dag, engelen, het Boek en de profeten.
Volgens Westerse maatstaven gaat deislamitische ethiek uit van een dubbele moraal:

  • de vriendelijke of ‘Mekka-islam’ gebruikt Westerse termen zoals vrijheid, tolerantie en democratie in Dar al-Kufr’ (het land van de ongelovigen); deze ethiek is tijdelijk totdat overal de ‘Dar al-Islam’ is aangebroken;
  • de radicale of ‘Medina’islam’ geldt in het ‘Huis van Islam’, waar de moslims de meerderheid hebben en waar de hadieth en sjaria van toepassing worden verklaard op alle inwoners van Dar al-Islam.

Het gaat in wezen om enkele basisbegrippen zoals Recht en Gerechtigheid; Vrijheid van godsdienst en Democratie (zie bijv. www.jamaat.org/islam/HumanRightsPolitical.html).

Het kan geen uitstel velen dat de samenleving zich gaat bezinnen op de te nemen maatregelen. Dit om te voorkomen dat door gebrek aan voldoende kennis en inzicht het probleem van de integratie alleen maar groter wordt.