In de methode De Bijbel in de Basis komen de belangrijkste begrippen uit de Bijbel aan de orde. Vaak hebben die in het spraakgebruik een andere betekenis gekregen, zoals Gerechtigheid en Verzoening.

In het register staat de bijbelse betekenis van zo’n 300 kernbegrippen vermeld.

Voorbeeld: Verzoening

De Israëlieten hadden de priesterdienst niet zelf verzonnen. Alles was precies door God aangegeven en door Mozes zo aan hen doorgegeven.
Bij de volken woonden de goden ver weg en de mensen probeerden die te bewegen om naar hen te luisteren. Maar de God van Israël woonde juist onder zijn volk. Daar waren offers bedoeld om de zonden van de mensen te bedekken voor God. Door deze verzoening (bedekking van het kwaad) kon God, die heilig is, omgaan met de mensen, die zondig en onrein zijn.
In het Nieuwe Testament is Jezus Christus, de rechtvaardige, onze verzoening bij God. Johannes schrijft: Hierin is de liefde, niet dat wij God liefgehad hebben, maar dat Hij ons heeft liefgehad en zijn Zoon gezonden heeft als een verzoening voor onze zonden.

 

Godsdienstmethode voor de basisvorming in het voortgezet onderwijs:
Klassen 1-3 havo/vwo
Klassen 1-4 vmbo.

Kennis van de Bijbel
De Bijbel in de Basis is een eigentijdse bijbelcentrische methode voor het godsdienstonderwijs in het voortgezet onderwijs. Inhoud en vormgeving sluiten aan bij de leerwereld van de leerling van de 21e eeuw. De authenticiteit van de Bijbel wordt niet ter discussie gesteld. De gebeurtenissen zoals die in de Bijbel zijn beschreven, worden waar nodig toegelicht. Vergroten van kennis en begrip van de Bijbel neemt een belangrijke plaats in. De kenmerken van de andere wereldgodsdiensten komen terloops aan de orde,
Daarnaast reikt de methode leerlingen bijbelse waarden en normen aan die hen in staat stellen een bijbels wereldbeeld te vormen en een christelijke levensstijl te ontwikkelen.

De methode bestaat uit drie delen voor het vmbo, drie delen voor havo/vwo en een uitgave voor de tweede fase.
De vier delen van de methode komen overeen met de indeling van de bijbelboeken:

1. Wet

De geschiedenis van het Joodse volk zoals weergegeven in de Torah, de vijf boeken van Mozes

2. Evangelie

De geschiedenis van Jezus zoals weergegeven in de vier Evangeliën

3. Profeten

Gods handelen met het Joodse volk door richters, koningen en profeten

4. Apostelen

Gods handelen met Jezus’ volgelingen, de gemeente, vanaf de apostelen tot aan Christus’ wederkomst

Op deze wijze verkrijgt de leerling een goed begrip van de boodschap van de Bijbel als geheel en verwerft hij kennis en begrip voor de waarden en normen van het leven. Zo leert de leerling in deel3 onderwerpen als onrecht, leugen, het occulte en racisme vanuit Gods gezichtspunt te bezien.


De Bijbel in de Basis voor de basisvorming

Havo/vwo vmbo
De methode is met name geschikt voor scholengemeenschappen voor havo/vwo, met als ondergrens mavo. De Bijbel in de Basis voor havo/vwo bestaat uit drie leerboeken en drie werkboeken. Inhoud en didactiek sluiten aan bij de kerndoelen voor de basisvorming zoals die door de NPCS zijn geformuleerd.
Elke les maakt onderscheid tussen basisstofen verrijkingsstof. Voor het verwerken van de basisstof is geen voorkennis van de bijbel of van bijbelse begrippen vereist.
Van deze drie delen bestaat ook een versie in de Statenvertaling, gericht op reformatorisch onderwijs.
Om tegemoet te komen aan niveau en belevingswereld van vbmo-leerlingen, is voor deze doelgroep een aparte methode ontwikkeld. Inhoud en didactisch concept van de methode voor havo/vwo worden grotendeels gevolg. Groot verschil is echter dat leer- en werkboek worden gecombineerd, zodat de leerling uit één boek kan werken. De boeken hebben een groter formaat (A4) en bevatten voldoende invulruimte.
Voor het derde jaar zijn de delen 3 en 4 gecombineerd tot één deel Apostelen en Profeten.

Docentenondersteuning
Bij elk deel van zowel de havo/vwo als de vmbo-methode is een uitgebreide docentenhandleiding beschikbaar met didactische uitgangspunten, lesdoelen, extra-informatie en antwoorden bij de opdrachten. Toetsen (meerkeuzevragen) kunt u downloaden van de website van NijghVersluys.


Cd-rom met toetsvragen voor de leerlingen
Deze cd-rom wordt meegeleverd met deel 3 van de docentenhandleiding en bevat ongeveer 3000 meerkeuzevragen, verdeeld over de delen 1, 2 en 3 van zowel de havo/vwo als de vmbo-editie. Een ideaal hulpmiddel voor de docent om na te gaan of de leerling de stof beheerst en voor de leerling om zich voor te bereiden op de repetitie.

 

Vraag

Hoe moeten wij er als christen-ouders mee omgaan als onze kinderen vragen naar internet, computerspelletjes enzovoort? Kleven daar niet heel veel gevaren aan?

Antwoord

Beste F.,

Zoals je in je brief al aangaf, is de tijd waarin onze kinderen opgroeien heel anders dan 20 of 40 jaar geleden. Buiten spelen, voetballen op straat e.d. gebeurt jammer genoeg nog maar heel

weinig. Al stuur je de kinderen dus de straat op, ze vinden er over het algemeen maar weinig leeftijdgenoten. En dat is nóg geen garantie voor een goed bestede middag!

Het is logisch dat onze kinderen en tieners uitdaging, beweging en ontspanning nodig hebben. Wat kunnen we hun dan wél aanbieden?  En  dan  komen  in  onze  digitale  tijd  inderdaad meteen de vragen op: wel of geen internet? Wel of niet een dvd? Welke programma’s en sites wel, en welke niet? Of we het nu willen of niet, onze kinderen móeten leren omgaan met de pc. De leerplannen van de scholen en opleidingen, en dus ook de leraren gaan er automatisch van uit dat de leerlingen

thuis toegang tot het internet hebben en er allerlei informatie vanaf kunnen halen. Bij verschillende vakken is het gewenst of zelfs  vereist  dat  ze  presentatie-  en  lay-out-programma’s  (bijv. powerpoint) e.d. beheersen.

Een  vriend  van  me  schreef  vorig  jaar  over  dit  thema:  ‘We hebben tegen deze achtergrond geprobeerd onze kinderen een zorgvuldige omgang met de pc en met internet bij te brengen.

Daar hoorde ook bij dat we hun pas na hun 18e  jaar een eigen computer gaven, wat toen trouwens ook dringend nodig was voor hun opleiding. Vóór die tijd mochten ze mijn eigen pc gebruiken, maar wél met de duidelijke afspraak dat ik alles –  ook de sites die ze hadden bezocht – zou mogen natrekken. Ook moesten ze de deur van mijn kantoor open laten staan, zodat  ze  wisten  dat  we  eventueel  konden  zien  waar  ze  mee bezig waren’.

Misschien  denk  je,  dat  is  toch  puur  wantrouwen  naar  je kinderen toe?! Nee, het is juist blind en dom als we hen niet begeleiden.  Dat  is  toch  de  taak  die  we  van  de  Heer  hebben gekregen?!  Helaas  blijkt  uit  allerlei  onderzoek  wel  dat  ook christelijke ouders heel naïef met computerspelletjes, internet en sociale media omgaan, onder het motto: ‘Mijn kind doet er toch niets slechts mee…’. Onze tieners moeten nog leren met zulke dingen om te gaan. Wij als ouders zijn hun door God tot hulp gegeven. Niet vanuit wantrouwen,  maar  vanuit  liefdevolle  bezorgdheid  om  hun welzijn.  Uiteraard  zijn  kinderen  slim  en  weten  ze  uitstekend hoe  ze  hun  ouders  voor  de  gek  kunnen  houden,  snel  een minder  fraaie  website  kunnen  wegklikken,  enz.  Dat  is  soms een pijnlijke ontdekking, maar het geeft wél weer een opening om in alle openheid opnieuw over de gevaren van internet e.d. te praten.

Mijn  vriend  schreef  verder:  ‘Het  bleef  natuurlijk  niet  bij  het leren  van  allerlei  tekstbewerkingsprogramma’s.  Onze  jongste heeft regelmatig allerlei spelletjes gedaan en doet het nu nóg. Er zijn ook spelletjes bij die wij met z’n tweeën hebben gedaan. We moeten natuurlijk alle gewelddadige spelletjes principieel afwijzen.  Maar  gelukkig  is  er  meer,  bijvoorbeeld  een  variatie

aan  behendigheidsspelletjes  en  digitale  denkspellen.  Je  kunt bijvoorbeeld  ook  dammen  en  schaken  op  je  computer.  Echt dammen  en  schaken  is  natuurlijk  sociaal  gezien  beter,  maar

als  je  geen  tegenspeler  hebt,  waarom  dan  niet  op  de  pc? Dergelijke spelletjes zijn niet meteen zinloos en ook geen pure tijdverspilling, maar ze bevorderen het logische denkvermogen

van onze kinderen.Onze jongste heeft heel veel tijd doorgebracht met een digitaal constructieprogramma.  Daarmee  heeft  hij  huizen,  kamers, meubels  e.d.  in  elkaar  leren  zetten.  De  oefening  met  dit programma is een geweldige hulp nu hij aan zijn opleiding is begonnen’.

Ik vergelijk het internet vaak met een blad papier. Op papier kun  je  een  bladzij  uit  de  Bijbel  afdrukken,  maar  ook  een immorele foto. Papier is alleen maar een medium. Dat geldt strikt  genomen  ook  voor  het  internet.  Op  internet  bestaan uitstekende mogelijkheden van communicatie. Denk maar aan evangeliserende sites. Maar tegelijk staan er verdorven, duivelse en door en door zondige dingen op. Zoals overal in deze wereld. De bijzondere moeilijkheid van onze tijd is dat je niet meer een winkel  hoeft  binnen  te  gaan  om  een  verdorven  tijdschrift  of boek  te  kopen,  maar  dat  die  verkeerde  foto  met  één  enkele muisklik op je beeldscherm staat. Soms zelfs ongewild. Vanuit die  optiek  is  natuurlijk  het  risico  van  een  verkeerd  gebruik van internet vele malen groter dan bij een blad papier. Maar we kunnen niet weggaan uit deze wereld en zullen als ouders allereerst  zélf  moeten  leren  afgezonderd  van  deze  wereld  te leven,  in  dagelijkse  gemeenschap  met  onze  Heer,  terwijl  we wél gebruik maken van technisch neutrale communicatie- of leermiddelen.

En ook onze kinderen kunnen niet zonder internet, al zouden we  het  maar  al  te  graag  willen.  Wij  als  ouders  zullen  hun dus te hulp moeten komen en hun heel nauwlettend moeten bijbrengen er op een goede manier mee om te gaan. Daar hoort ook bij dat we als ouders een kritische selectie van muziek en andere programma’s maken. Hoe ouder ze zijn, hoe meer we hen daarin zelf moeten betrekken, zodat ze doorkrijgen welke criteria vanuit Gods Woord een rol spelen. Dat lijkt me beter

dan elke omgang met de computer te verbieden.

Enkele tips:

  • Installeer een filter op je pc dat meteen al duidelijke vormen van immoraliteit blokkeert.
  • Schaf een beheersprogramma aan en installeer het; daarmee kun  je  het  internetgebruik  van  alle  gebruikers  nagaan  (dus ook checken welke sites door je kinderen bezocht zijn).
  • Sociale websites winnen steeds meer aan populariteit, en veel christenen  zien  er  geen  enkel  kwaad  in,  maar  wees  ervan bewust dat de informatie die erop staat, door iedereen kan worden  gezien  (ook  door  criminelen!)  en  bovendien  nooit meer wereldwijd kan worden verwijderd. Ik dring erop aan dat  we  als  christenen  hier  bijzonder  kritisch  mee  omgaan. Laat je kinderen alleen een eigen account openen als het écht nodig  is  en  dan  nog  alleen  met  bescherming,  zodat  alleen echte vrienden kunnen inloggen met een wachtwoord;
  • Al  is  een  computerspelletje  niet  per  definitie  zonde,  tóch moeten wijzelf en onze kinderen wél leren dat we rentmeesters zijn van alles wat we hebben, ook van onze energie en tijd. Spreek  met  de  kinderen  dus  af  hoeveel  tijd  ze  per  dag  of week op de computer mogen doorbrengen. Leer hun dat het normaal is allereerst thuis mee te werken, huiswerk te maken, te oefenen voor fluitles en noem maar op. En bespreek wat ze op andere momenten of dagen kunnen doen om zich te ontspannen buiten de computer om.

 

‘Overigens,  broeders,  al  wat  waar,  al  wat  eerbaar,  al  wat rechtvaardig, al wat rein, al wat beminnelijk, al wat welluidend is, als er enige deugd en als er enige lof is, bedenkt dat … en de

God van de vrede zal met u zijn’ (Fil 4:8-9).

Ik ben me ervan bewust dat dit maar enkele korte overwegingen en tips zijn, maar hoop van harte dat het jou en je vrouw samen zal helpen om met de Heer een goede manier te vinden om je kinderen hierin te begeleiden.

 

E.H.W. Luimes

Bron: Uit het Woord der Waarheid, april 2012

Opmerking van een evolutionist: Zo zijn 98,7 procent van de genen van de mens gelijk aan die van de chimpansee, 97,7 procent aan die van de gorilla en 96,4 procent aan die van de orang-oetan. Een opmerkelijk gevolg hiervan is dat we een bloedtransfusie van een chimpansee zouden kunnen krijgen als de bloedgroepen gelijk zijn (wat ook het geval is bij bloedtransfusies bij mensen onderling). Dit kunt u nalezen in “Want mens en dier hebben hetzelfde lot…” van Jane Goodall en Marc Bekoff en in “De aangeklede aap; het dier in de mens” van Desmond Morris. Zelf vindt ik dit een sterk argument vóór de evolutietheorie.

Antwoord van een gelovige wetenschapper: Juist die grote overeenkomst in het genetisch materiaal overtuigt mij dat een mens iets bezit wat een dier mist: een “niet-stoffelijk iets”, een geest die bewustzijn geeft. Ik kan niet geloven dat moleculen eiwit, DNA enz. kunnen denken. Wanneer u de biochemie van mensen en apen vergelijkt, zult u nog veel grotere verwantschap zien dan tussen het genetisch materiaal. (zie de biochemical pathways op www.expasy.org/cgi-bin/show_thumbnails.pl ). Dan zijn we zelfs verwant aan ratten, muizen en dergelijke. Wanneer we de vergelijking naar nog kleinere bouwstenen verleggen: de moleculen, zijn we zelfs verwant met planten. En gaan we nog iets kleiner kijken: naar de atomen, dan verschillen we zelfs niet van de aarde waarop we lopen en waarin ons lichaam na de dood terugkeert.

Omgekeerd kunnen we opmerken, dat wanneer we naar iets kijken dat verder gaat dan de lichamen van apen en mensen, we grote verschillen opmerken. Verschillen in intellect, in het relationele aspect en in het morele bewustzijn. Vooral het morele bewustzijn wijst er op, dat mensen iets bezitten dat boven hen uitstijgt: een geest. Het bezit van die geest wijst op de Geest van God.

 

Bespreking van het boek ‘Wie is deze Allah?’, van de Nigeriaanse islamoloog G.J.O. Moshay. Door een vergelijking van Gods openbaring in de Bijbel en Allah’s ‘openbaring’ in de Koran stelt hij zijn lezers in staat hun eigen conclusies te trekken.
Recensie door R.H. Matzken.

Wie is deze Allah? Door G.J.O. Moshay, uitg. Moria Hilversum, 200 pag.

Geloven de moslims in dezelfde God als de christenen (en de joden)? Meer dan ooit houdt deze vraag de mensen bezig. Voor christenen is het antwoord van essentieel belang voor de manier waarop moslims benaderd moeten worden. Voor niet-christenen ligt hierin de oplossing voor de ideologische en politieke aanpak van het conflict. Voor moslims is het geen vraag, want de Koran is hierin duidelijk; zij verwijzen naar Soera 29 vers 46 van de Koran waar staat: “Onze God en uw God zijn één.”

Dr. Moshay is christen-islamoloog aan de universiteit van Ibadan, Nigeria. Zijn boek is opgedragen aan alle christenen in Noord-Nigeria die in maart 1987 en tijdens de Maitatsine crisis door dienaren van Allah zijn vermoord. In het bijzonder is het geschreven ter nagedachtenis van Kaduzu Shebuka, oudste van de ECWA gemeente te Tundun Wada, Kaduna, die bij een van de islamitische aanvallen voor zijn kerk met benzine werd overgoten en levend verbrandde.

Moshay’s boek getuigt van een diepgaande kennis van de moslimgeschriften, naast de Koran ook de Hadith en de Sjaria, getuige de uitgebreide Literatuurlijst. Van de elf hoofdstukken citeren wij enkele kernachtige uitspraken uit het eerste hoofdstuk: Allah en geweld.

“Elke moslim die niet gewelddadig is, is nauwelijks een echte moslim te noemen” (p. 32)
Zwaarden zijn de sleutels tot het Paradijs”; “Het Paradijs ligt in de schaduw van zwaarden
(uit de Hadith van Kanz AlMuttaqi deel II pp. 252-286)
Hij die vlucht (wegrent van het gevecht) hoort niet bij ons” (de profeet Mohammed, p. 43)
“Als ik door het geloven en volgen van het evangelie van Jezus Christus een vijand van Allah word, wie zou die Allah dan zijn?”
(p. 47)

Het aantrekkelijke van dit boek is niet alleen Moshay’s grote belezenheid, maar vooral zijn mededogen jegens de misleide moslims. Daarom willen wij dit boek bij alle Nederlanders en Vlamingen krachtig aanbevelen, niet alleen bij de autochtonen maar ook bij de allochtonen. Het boek is academisch van niveau en laat zich toch makkelijk lezen door de leraren, schoolbesturen, leerlingen, studenten en ouders, die nu eindelijk wel eens willen weten hoe het toch zit met die islam.

 

 


Bij haar actie tegen het vijandbeeld jegens moslims maakt de schrijfster geen verschil tussen individuele moslims en de leer van de islam. Bovendien roept een uitgesproken vijandbeeld op tegen de joden en Israël. Recensie door drs. J van Barneveld in De Oogst, jan. 2003

De Australische Christine Mallouhi is getrouwd met de Syrische ‘moslim-volgeling-van-Jezus’ Mazhar Mallouhi. Het echtpaar heeft jarenlang in diverse Arabische landen gewoond, onder en met moslims geleefd. De echtgenote van Yasser Arafat, Souha Arafat, behoort tot haar vriendenkring.

Er zijn goede dingen te zeggen over haar boek. Zij stelt belangrijke zaken aan de orde: om moslims met het Evangelie te bereiken, moet eerst het eeuwenoude vijandsbeeld, dat o.a. door de kruistochten is ontstaan, worden afgebroken. Afkraken van de koran en van Mohammed werkt niets uit. Net als Franciscus van Assisi moeten we de moslims met de vrede en in de liefde Christus tegemoet treden. Die vier of vijf hoofdstukken over Franciscus en zijn ontmoeting met kalief Kaalim zijn zeer interessant.

Verder worden moslimgebruiken, zoals vasten, gebed, ramadan, de geloofsbelijdenis, jihad en de pelgrimsreis positief tegen het geloof van de schrijfster aangelegd en ook uitgelegd. In dit boek maken we kennis met een groot aantal vriendelijke, vredelievende, en zeer gelovige moslims.

De wijze waarop het bedreigende en momenteel bijna alomtegenwoordige moslimterrorisme als een randverschijnsel gebagatelliseerd wordt, komt op mij niet overtuigend over, maar is blijkbaar nodig om het vijandsbeeld af te vlakken. Als het ons maar niet in slaap sust!

Een predikant schreef mij over dit boek: “Het is een afschuwelijk, antisemitisch boek in een kleed van ‘christelijke liefde’, een boek dat veel kwaad kan doen.” Waarom deze felle kritiek? Het gaat voornamelijk om hoofdstuk vier, ‘Het Palestijnse probleem’. Dit hoofdstuk had overgeschreven kunnen zijn uit anti-Israël pamfletten van het Palestijnse ministerie van propaganda. Geschiedvervalsing, leugenverhalen, een felle anti-Joodse toonzetting, kortom de Palestijnse visie op het conflict vindt u in dit anti-Israël schotschrift. In het licht van de doelstellingen van het boek is dit hoofdstuk niet eens functioneel. Het had gewoon weggelaten kunnen worden. Afgezien van een paar anti-Israël sneren in andere hoofdstukken zou het boek niet eens zo slecht zijn. Nu wordt de ‘vrede aan de moslims’ verklaard door een oorlogsverklaring aan Israël en aan het joodse volk.
Om een vijandsbeeld tegen de moslims op te heffen moet blijkbaar een vijandsbeeld tegen de joden, dus antisemitisme worden opgewekt. Een zoet Arabisch-christelijk gebak met een giftige kern.

Waarom geven twee goede uitgeverijen, die toch beter moeten weten en de schijfster hadden kunnen adviseren hoofdstuk vier weg te laten, het boek uit? Vanwaar de aanbevelingen van de broeders Herman Takken en Anne van der Bijl? Zij kennen de Bijbel voldoende om te weten dat dergelijk anti-Israël gif niets bijdraagt aan het bereiken van onze moslimmedemens maar alleen maar ellende en narigheid brengt. Dit te moeten schrijven is voor mij een verdrietige plicht.

 

Sultana’, het waargebeurde,schokkende levensverhaal van een Arabische prinses.

 

Jean P. Sasson, die van 1978 tot1991 inRiad verbleef en werkzaam was in het King Faisal Hospital en Research Centre, is de spreekbuis van Sultana, prinses van het huis Al Sa’oed, de koninklijke familie van Saudi-Arabië.

Prinses Sultana geeft haar dagboek aan haar Amerikaanse vriendin Jean Sasson, die dit verslag bewerkt tot drie boeken:

  • Sultana,
  • Sultana’s dochters,
  • Sultana’s droom.

Deze boeken geven inzicht in het leven van moslimvouwen, die leven in een land waarin de sjaria geldt.

Prinses Sultana, die haar werkelijke identiteit niet kan onthullen, omdat ze daarmee haar leven op het spel zet, strijdt tegen de onmenselijke vrouwenonderdrukking.

Ondanks het leven in immense rijkdom wordt de geboorte van een meisje niet geregistreerd en wordt ze vaak op dertienjarige leeftijd uitgehuwelijkt aan een veel oudere man.

De aantekeningen van Sultana zijn een aanklacht tegen de gewelddadigheid van de Arabische mannenwereld met zijn ongekende vormen van seksueel misbruik.

Omdat meisjes door hun vaders genegeerd, door hun broers geminacht en door hun echtgenoten misbruikt worden, worden mannen evengoed ongelukkig als vrouwen, omdat liefde en echte kameraadschap onbereikbaar zijn geworden.

Ondanks de vele teleurstellingen verliest deze zelfstandig denkende vrouw haar strijdlust niet en sluiten zelfs een aantal van haar zusters zich bij haar aan.

Uitg. Bruna, 246 blz.

 

 

Allah

Ahmad

Ayatollah

Boerka

Chador

Dar al-Harb

Dar al-Islam

Dar al-Salam

Dar al-Kufr

Da’wa

Dhimmies

Djahannam

Djannah

Djizja

Djinn

Djihad

Euro-islam &

Euro-moslims

Fatwa

Fiqh

Fitna

Fitr

Hadieth

Hadj

Halal

Haram

Harem

Hidjaab

Hoeri’s

Hidjra

Hudna

Imam

Indjil

Insjallah

Isa

Islam

Islamisten

Janitsaren

Kaäbah

Kafir
Kaliefen

Kismet

Koran, Qur’an

Koeraisj

Masjid

Medina-model

Minaret

Moedzjin

Moetawa

Mohammed

Moskee

Moslim

Moslima’s

Moellah

Niqaab

Oemma Islam

Oerkoran

Ottomanen

Ramadan

Salaat

Salam

Sjahada

Sjahied

Sjaria

Sjirk

Sji’ieten

Soefi’s

Soera’s

Soenna

Soennieten

Tanzil

Taqija

Taurat

Zaboer

Zakaat

Zina

Naam van God bij de moslims

Wijd en zijd vermaard

Sji’itische leider

Gezichtsmasker voor vrouwen; ogen zijn bedekt door gaas

Vrouwengewaad met hoofddoek; gezicht is zichtbaar

Huis van Oorlog, gebied buiten islam

Huis van Islam, gebied onder islam

Huis van Vrede

Huis van Ongeloof

‘Uitnodiging’, verovering

Getolereerde tweederangsburgers

Hel, eeuwige pijniging

Paradijs voor de moslims

Verplichte ‘beschermbelasting’ voor niet-moslims

(Boze) geesten

Inspanning, heilige strijd

Islam volgens het Medina-model,

een typische vorm van hudna en taqija

Islamitisch vonnis, ook: doodsoordeel

Plichtenleer bij de islam

Verzoeking (tot afgodendienst)

Verbreking van vasten; Id al-fitr: suikerfeest

Mededeling, geschreven overlevering van Mohammed

Bedevaart naar Mekka

Wat toegestaan is (handelingen en producten)

Wat verboden is (handelingen en producten)

1. Alle vrouwen van een moslim; 2 hun verblijfplaats

Hoofdbedekking voor de vrouw, ter bescherming

Grootogige maagden in het paradijs

Uitwijking, emigratie (van Mekka naar Medina)

Tijdelijk vredesaanbod

Geestelijk moslimleider

Evangelie van de profeet Isa (Jezus)

Moge Allah het willen of toestaan

Arabisch voor Esau; naam in de Koran voor Jezus

(godsdienst van) Onderwerping, overgave

Fundamentalisten, strijdbare moslims

Geroofde christenkinderen, opgeleid tot moslimstrijders

Heiligdom in Mekka met zwarte steen

Niet-moslim, ongelovige
Opvolgers van Mohammed, rechters

Voor eeuwig voorbestemd (nood)lot

Heilig boek van de moslims; letterlijk ‘Reciet’

Stam van Mohammed

Kleine moskee, koranschool

Vreedzame co-existentie van alle ‘mensen van het boek’

Slanke ronde toren van moskee die oproept tot salaat

Tempelbeambte die vanuit de minaret oproept tot salaat

Godsdienstpolitie (in Arabië)

Profeet van Allah, “zegel der profeten”

Huis van gebed en instructie

Die zich onderwerpt aan islam en neerbuigt voor Allah

Vrouwelijke moslims

Islamitisch schriftgeleerde

Gewaad en sluier voor vrouwen met een uitsparing voor de ogen;

Gemeenschap van alle moslims

In de hemel bewaarde Koran, in Mohammed neergedaald

Eeuwenlange, uitgestrekte Turkse rijk

Vastenmaand

Ritueel gebed, vijf maal per dag

Staat van Dar al-Islam, moslim-vrede

Geloofsbelijdenis in Allah en zijn profeet

Martelaar die sterft in de djihad, helper van Allah

Rechtsregels van de islam

Heiligschennis, doodzonde

Tweede stroming binnen de islam, ongeveer 10%

Mystieke stroming binnen de islam

(114) hoofdstukken van de Koran

Overlevering, de weg van Mohammed

90 procent van de moslims; die de Soenna onderhouden

Aan Mohammed geopenbaard, ‘neergezonden’

(Bedrieglijke) aanpassing; huichelarij

Boeken van Mozes, Torah

Psalmen van David + historische en profetische Bijbelboeken

‘Reiniging’ door het geven van aalmoezen aan de armen

Overspel of seks buiten het huwelijk

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

In ons land leven inmiddels 1 miljoen moslims en we zijn met de neus op de feiten gedrukt, dat het ons land veel zorgen baart. De moord op Theo van Gogh heeft heel wat gevoelens losgemaakt in de samenleving. De intuïtieve angst voor de islam die al lang sluimerend aanwezig was onder ons volk, is bevestigd.

Op christelijke scholen zijn inmiddels veel islamitische leerlingen aanwezig en dit vraagt om bezinning, want we moeten eerlijk onder ogen zien dat de islam en het christendom niet bij elkaar passen, vanwege lijnrechte verschillen op essentiële punten. De laatste jaren is er een algemeen geluid ontstaan, ook in de kerken, dat Allah en de God van Abraham, Isaak en Jacob dezelfde zouden zijn Ook op christelijke scholen zijn er leerkrachten die dit leren aan de kinderen. Dit is echter een totale misvatting en dit is een zeer ernstige ontwikkeling.

Er heerst bij velen inmiddels een gebrek aan bijbelkennis, terwijl de koran voor de meesten een volkomen onbekend boek is uit een andere wereld. Het is ook bekend dat ons volk veel minder leest. Het ligt dus niet voor de hand dat de keus dan ooit op de koran zou vallen. Dat is wel het laatste boek wat je ter hand zal nemen.

Het is echter van levensbelang voor het voortbestaan van de kerk en het christelijk onderwijs in ons land, dat de vraag of Allah en de God van Abraham, Isaak en Jacob dezelfde zouden zijn, beantwoord wordt. Dat antwoord komt uit de Bijbel en de koran zelf. Deze beide boeken moeten open en dat gebeurt tot op heden nagenoeg niet, als het om deze vraag gaat. Je kunt je afvragen of men deze boeken niet welbewust gesloten houdt. De koran openen betekent huiveringwekkende denkbeelden onder ogen zien.

De profeet Hosea waarschuwde: “Mijn volk gaat verloren door gebrek aan kennis (Hos 4:6).” In de eerste plaats is er gebrek aan kennis van het Woord van God zelf, maar daarnaast moet een christen ook enorm alert zijn op wereldse ideologieën die op hem afkomen.

Als we de Bijbel openen, dan lezen we in het Nieuwe Testament veel waarschuwingen die we zeker nodig hebben om de islam te kunnen beoordelen. Allereerst waarschuwt de Here Jezus Christus ons voor de komst van valse christussen en valse profeten (Matt. 24). De Here Jezus zegt ook dat veel mensen hierdoor misleid zullen worden. De apostel Paulus waarschuwt ons voor lieden die het evangelie willen verdraaien. En Paulus waarschuwt dat een ieder die een evangelie verkondigt afwijkend van wat hij ontvangen heeft, vervloekt is (Gal. 1). De apostel Johannes waarschuwt voor de komst van de antichrist. De antichrist is te herkennen aan de loochening van het God zijn van Jezus Christus (1 Joh. 2: 4 en 2 Joh. 1).


Als we de koran openen, dan komen we tot de ontdekking dat we profetisch gewaarschuwd zijn voor de komst van de islam. De islam is ontstaan uit de volgende Arabische bronnen: de koran, het heilige boek van de islam en de hadith, de opgetekende uitspraken en handelingen van Mohammed. De koran is een mengeling van het Oude Testament, Joodse overleveringen, het Nieuwe Testament, christelijke geschriften, apocriefe boeken, Arabisch, heidense overleveringen en Mohammeds eigen fantasie en leringen die hij volgens eigen zeggen ontving vanuit geestelijke ervaringen. En dat alles is een door elkaar gegooide rommelige warboel, waarin iedere chronologische volgorde ontbreekt. Gedeelten uit het Oude en Nieuwe Testament aan elkaar geplakt, halve waarheden en hele leugens en verdraaiingen. Het is dan ook voor een westerling heel moeilijk de discipline op te brengen om de koran uit te lezen. De hadith vertelt dat Mohammed 20 jaar lang van zijn leven visioenen ontving uit een geestelijke wereld. Deze ervaringen gingen gepaard met uiterlijke kenmerken, zoals op de grond vallen, hevig transpireren, ogen sluiten en schuim op de lippen. Soms hoorde hij een bel in zijn oor rinkelen. Ook had Mohammed het gevoel dat hij gewurgd werd door een wezen. Dat alles werd opgevolgd door zware hoofdpijnen. Mohammed heeft aangegeven dat hij mogelijk bezeten was, maar zijn vrouw Chadidja heeft hem ervan weten te overtuigen dat dit wel de engel Gabriël moest zijn. Zijn vrouw Chadidja heeft dus voor de verwarring gezorgd.
Mohammed heeft zichzelf uitgeroepen tot profeet en wel tot de allergrootste profeet, verheven boven Mozes en Jezus Christus. Hij noemt zichzelf het zegel der profeten. Mohammed eiste overgave van christenen en Joden. Maar de Joden en de christenen hebben Mohammed ernstig beledigd door hem als profeet af te wijzen. Deze woede en pijn van afwijzing die toen een aanvang heeft genomen duurt voort tot op de dag van vandaag. Christenen en Joden worden in de koran elkanders verbondenen genoemd, waarmee een moslim geen vriendschap mag sluiten. Er zijn enkele tientallen plaatsen in de koran aan te wijzen waarin moslims opdracht krijgen de ongelovigen en schriftbezitters (Joden en christenen) te onthoofden. Jezus Christus is in de koran slechts een profeet, lager dan Mohammed. De Godheid van Jezus wordt in de koran meerdere malen volledig ontkend. En de christenen worden vervloekt door Allah, omdat ze in de Godheid van Jezus Christus geloven.


In de Arabisch Joods /christelijke wereld doen van oudsher twee geruchten de ronde omtrent het ontstaan van de koran en dat is dat een Joodse rabbijn de koran onder dwang heeft moeten schrijven. Het andere gerucht is dat een Koptische, Armeense of Syrisch-orthodoxe priester de koran heeft geschreven. De islam berust dus op leugen en bedrog. Dit te doorzien zal niet moeilijk moeten zijn voor christenen die geleid worden door de Heilige Geest.

De islam roept op tot wereldverovering, door middel van de jihad, dit blijkt overduidelijk uit de koran en de hadith.
Als we de islamitische geschriften zouden moeten samenvatten, dan is de conclusie eenvoudig, de islam bestrijdt:
• het Woord van God,
• Jezus Christus en zijn volgelingen,
• het uitverkoren volk van God en het hun toebedeelde land Israël.Dat is de optelsom van wat de islam is. Deze optelsom treffen we aan bij het ontstaan van de islam en die wordt ook zichtbaar in de geschiedenis van de islam, tot op de dag van vandaag. Dat de islam een religie van vrede zou zijn, is een leugen van onze tijd. De kerk wordt in veel islamitische landen verdrukt en vervolgd en is in de geschiedenis zelfs vaak onder de voet gelopen en overwonnen door de islam. Miljoenen christenen zijn door de eeuwen heen vermoord, vervolgd, of op de vlucht geslagen voor de islam. Het land Israël voert al sinds zijn bestaansrecht een strijd op leven en dood met de islamitische landen rondom hen.

Mohammed kwam uit de woestijn en overal waar zijn gecreëerde godsdienst kwam, ontstond er een geestelijke woestijn. De islam verraadt zichzelf ook door de halve maan op de top van iedere moskee. Dit is een verwijzing naar de maangod Hubal , de god van de oorlog en het zwaard, afkomstig uit het pre-islamitisch veelgodendom.

Het is dan ook zeer verontrustend om te bemerken dat gerenommeerde geestelijke leiders ons willen voorgaan in de gedachte dat we dezelfde god zouden dienen en dat er als het ware wel te onderhandelen zou zijn met deze geestelijke macht door middel van de dialoog. Er wordt gezocht naar zogenaamde overeenkomsten. De Bijbel is er heel duidelijk over dat er machten en krachten uit de afgrond tegen de God van Abraham, Isaak en Jacob op zullen opstaan. En de apostel Paulus stelt dat dit de strijd is in de hemelse gewesten (Ef. 6). Dit zal tot de wederkomst van Jezus Christus in hevigheid toenemen.
Miljoenen zielen zitten op dit moment verstrikt in de leugen van de islam en er is maar een ding nodig en dat is dat de islam ontmaskerd wordt. Inmiddels weten we dat kritiek op de islam je het leven kan kosten.
De wereld heeft te maken gehad met veel misleidingen, bijvoorbeeld het rooms-katholicisme. De reformatie heeft deze valse leringen ontmaskerd en ten val gebracht. Luther was daarvoor een werktuig in Gods hand. Ook het nazisme en het communisme waren misleidingen die ten val gebracht en ontmaskerd moesten worden. Deze tijd vraagt van ons om de islam te ontmaskeren en te bidden dat nog veel zielen gered mogen worden uit de leugen.
Het is opmerkelijk om te zien dat ons land inmiddels verschillende dissidente allochtonen uit de islamitische wereld kent die ons volk waarschuwen voor de islam, zoals Ayaan Hirsi Ali, Afshin Ellian, , Hafid Bouaza. Laatst werd aan Afshin Ellian gevraagd of hij zich nog durfde uit te spreken tegen de islam. Zijn antwoord heeft ons christenen wat te zeggen: ,,Of ik nog durf? Ik heb liever dat velen het durven. Nu voel ik mij onbeschermd.”
Ook nemen we kennis van ex-moslims die christen geworden zijn en ons vertellen dat ze eigenlijk niet op de hoogte waren van de verschrikkingen van hun eigen godsdienst Ze voelen zich verraden en diep gekwetst door de leugens van de islam. Het ergste wat we nu als bijbelgetrouwe christenen kunnen doen is, de islam in bescherming nemen en zwijgen, terwijl anderen wel durven te spreken (politieke correctheid in de kerk). Juist de kerk is er verantwoordelijk voor om de duisternis te ontmaskeren. De Bijbel vertelt ons dat God aan de gemeente de gaven geeft om de geesten te kunnen onderscheiden.
Avi Lipkin, een Israëliër, houdt lezingen over de islam voor christelijke kerken in Europa en Amerika. Acht maanden per jaar reist deze man overal heen om de volle waarheid over de islam bekend te maken. Vaak zijn bij zijn lezingen moslims onder zijn gehoor en hij vertelt hun openlijk en onomwonden: “Ik haat jullie niet, ik hou van jullie, maar ik moet jullie één ding zeggen, jullie zijn slachtoffer van een ziek en krankzinnig systeem.”
Ooit was daar de opkomst van het nazisme en de geschiedenis vertelt ons dat de Duitse kerk en christelijke politici massaal door de knieën gingen voor het nazisme. Kerk, christelijke scholen en christelijke politici worden nu bedreigd door een knieval t.o.v. de islam. Als de kerk niet wil inzien en er niet duidelijk voor uit wil of durft te komen dat de islam een levensgevaarlijke godsdienst is die waarheid en vrijheid bestrijdt, dan is het een verloren zaak. Dan kunnen we stellen dat we al monddood en gegijzeld zijn in ons eigen land door de islam en dan kan het zijn dat de Blinkende Morgenster die eeuwenlang straalde boven onze natie, uitdooft.
Veel landen in het Midden-Oosten waren ooit christelijk, de islam heeft daar de christelijke kerk overwonnen en deze is tot op de dag van vandaag nooit meer opgestaan.
En Luther heeft ooit gewaarschuwd dat waar de christenheid dwaalt, de islam de overwinning behaalt.

E. Bezemer-de Jong.
Geraadpleegde literatuur o.a.
The trouble with islam Irshad Manji
Winning the war against radical islam Robert A Morey
Wie is deze Allah G.J.O. Moshay
Binnenin Islam Reza F. Safa

 

 


Sinds de aanval op Mohammed door Ayaan Hirsi Ali is er een taboe doorbroken. Eindelijk wordt er geschreven over de lelijke karaktertrekken van Mohammed. Goedwillende moslims nemen het natuurlijk voor Mohammed op en benadrukken zijn goede kanten. Zijn lelijke kanten worden dan verzwegen. Wat de discussie zo pikant maakt is dat het leven van Mohammed ten voorbeeld gesteld wordt aan alle moslims, zoals christenen Jezus als voorbeeld nemen: wat zou Jezus doen in mijn geval?

Over dat ten voorbeeld nemen van Mohammed spreekt de Nederlandse moslim Ayhan Tonca duidelijke taal in Trouw van 31 jan. 2003. Zijn getuigenis over Mohammed doet niets onder voor dat van een goede evangelisch christen over Jezus. “Ik houd van Mohammed met heel mijn hart. Hij is mijn leider, mijn idool,” zegt hij. Dag en nacht is Mohammed in zijn gedachten. “Wat moet ik doen, en wat niet: Mohammeds leven geeft het antwoord. En als ik het niet meer weet, dan vraag ik aan God: laat mij leven zoals het grote voorbeeld dat U ons gegeven hebt. Ik wil zijn zoals hij.” Ayhan Tonca is niet zomaar een moslim. Hij is de voorzitter van de TICF, de grootste moskeekoepel in Nederland, waarbij 143 gematigde moskeeën zijn aangesloten die door de Turkse overheid worden gecontroleerd.

Tonca is dus een gematigde moslim en hij heeft een heel selectief beeld van zijn profeet. Hij benadrukt de edelmoedigheid en barmhartigheid van Mohammed en zijn overige goede kanten. Van zijn zwarte kanten, bijvoorbeeld het feit dat Mohammed 700 joodse mannen heeft laten afslachten, blijkt hij niet af te weten.
Een andere moslim, drs. Bahaediddin Budak, imam en islamoloog, doet er in Trouw van 1 febr. 2003 nog een schepje bovenop. In een open brief aan Hirsi Ali prijst hij Mohammed regelrecht de hemel in. “Weet je hoe de profeet heeft gereageerd op de dag dat hij uit Mekka moest omdat hij de vrijheid niet meer had te zeggen wat hij dacht? Hij ging naar Taïf, een stad dicht bij Mekka, hij werd daar gestenigd en uitgescholden. Het bloed liep van zijn hoofd tot zijn tenen. De engel kwam naar hem toe en zei: ‘als je wilt, zorg ik ervoor dat de stad door de grond wordt opgeslokt.’ De profeet zei: ‘nee, het zijn mensen die niet weten.’”

De imam verhaalt ook hoe Mohammed barmhartigheid betoonde aan Mekka, nadat hij deze stad zonder slag of stoot veroverd had. Hij had het volste recht gehad om bloedig wraak te nemen, want ongeveer vijf jaar daarvoor had “Hind, de vrouw van Aboe Soefyaan, een van de leiders in Mekka, de oom van de profeet laten vermoorden, vervolgens at ze zijn hart op uit woede en wraakzucht.” Mohammed heeft geen wraak genomen.

Hadieths
Het is maar goed dat de meeste moslims de lelijke kant van Mohammed niet kennen. Hoewel ze dat wel behoren, want ze staan onverbloemd in de hadieths, dat zijn de overleveringen van de profeet Mohammed. Uitgeverij Bulaaq heeft in 1995 voor een bloemlezing in Nederlandse vertaling gezorgd: Leidraad voor het leven. Ik kan dit boek iedereen aanbevelen die wat meer over de islam wil weten. Het geeft een levendig beeld van de situatie in het Arabië van de zevende eeuw en het leven van Mohammed. Het is een onverdachte bron, want de hadieths staan in hoog aanzien bij de moslims; ze hebben bijna net zoveel gezag als de Koran, die veel moeilijker te lezen is. Je kunt daarin lezen dat Mohammed een echt kind van zijn tijd was, die strooptochten hield om karavanen en andere stammen te plunderen, die de ene keer een genotshuwelijk toestond (gelegitimeerde prostitutie) en het de andere keer weer verbood, die verdragen schond, tegenstanders liet vermoorden, maar die ook heel veel goeds heeft gedaan en waarschijnlijk niet ten onrechte Al-Amien (de Betrouwbare) werd genoemd. Waarschijnlijk heeft Hirsi Ali de voor Mohammed beledigende anekdotes van haar eigen koranleraar geleerd.

De hadieths zijn bedoeld als voorbeeld ter navolging, vandaar ook de titel van het boek: Leidraad voor het leven. Als alle moslims het leven van Mohammed ten voorbeeld nemen zoals de Taliban en andere fundamentalistische moslims doen, dan kunnen ze beter maar niet meepraten in het normen- en waardendebat. Fundamentalistische moslims proberen Mohammed tot in de puntjes na te volgen. Zij laten hun baard groeien zoals ze denken dat Mohammed hem liet groeien (Bin Laden), ze poetsen hun tanden met een stokje omdat Mohammed dat ook deed, ze knippen hun nagels op de manier van Mohammed en ze plassen gehurkt omdat Mohammed dat ook deed. De Taliban hebben alle vormen van muziek verboden omdat Mohammed daar niet van hield. Helaas krijgen de fundamentalistische moslims steeds meer macht en invloed.

Liberale moslims
Liberale moslims benadrukken de hervormingen die Mohammed heeft doorgevoerd, bijvoorbeeld op het gebied van de vrouwen. Hij beperkte het aantal vrouwen dat een man mocht hebben tot vier (de slavinnen niet meegerekend), en dan moest hij ze ook nog goed kunnen onderhouden. (Voor hemzelf gold die regel niet, hij had een harem van minstens negen vrouwen, plus de nodige slavinnen als bijvrouwen. Een hadieth die aan Katada wordt toegeschreven verhaalt: “Anas ibn Malik heeft ons verteld: De Profeet was gewoon in één keer de ronde te maken langs zijn vrouwen, ’s nachts of overdag, en hij had er elf! Ik vroeg Anas: ‘Kon hij dat aan?’ Hij zei: ‘Jazeker; wij zeiden altijd: hem is de kracht van dertig mannen gegeven.’) Mohammed maakte het voor een man ook moeilijker om z’n vrouw weg te zenden. Hij verbood het doden van meisjesbaby’s. Die werden in zijn tijd soms levend begraven. Hij gaf de vrouw erfrecht. De vrouwen zijn er onder Mohammed dus sterk op vooruitgegaan, maar gelijke rechten als de man hadden zij nog lang niet. Liberale moslims, zoals Aboe Zaid, pleiten ervoor dat de islam doorgaat op de weg die Mohammed heeft ingeslagen. Geheel in de geest van Mohammed wil hij de vrouwen nog meer vrijheid en rechten geven. Aboe Zaid was professor aan de gezaghebbende Al Azar universiteit in Cairo. Maar vanwege zijn vooruitstrevende ideeën werd hij als afvallig beschouwd, waardoor hij z’n baan verloor en van z’n vrouw moest scheiden. Hij woont nu met z’n vrouw in ballingschap in het gastvrije Nederland, waar hem een leerstoel is aangeboden aan de universiteit van Leiden. Zo gaat het met liberale moslims. We moeten ons dus niet te veel voorstellen van een normen en waardendebat met moslims.

Het leven van Mohammed
Als we het leven van Mohammed bestuderen dan valt op dat hij twee geheel verschillende karaktertrekken vertoont. Zolang hij nog in Mekka optrad, de eerste tien jaar van zijn bediening, preekte hij met vuur de ene God. Hij dreigde met het oordeel van de jongste dag en schilderde de straffen van de hel in de felste kleuren, maar zelf gedroeg hij zich zachtmoedig. Hij werd vervolgd, met stenen bekogeld, maar sloeg niet terug. Dat zou ook niet verstandig geweest zijn, want de moslims vormden in Mekka slechts een kleine minderheid. Dat hij het zolang in Mekka kon uithouden, kwam doordat hij onder bescherming stond van machtige clanoudsten. In Mekka was hij slechts profeet en prediker.

Maar het werd hem te heet onder de voeten en Mohammed vluchtte naar Jathrib, wat hij omdoopte tot Medina. Hier aanvaardde Mohammed politieke macht. Hij kreeg de staatkundige leiding over de joodse en heidense stammen die in Medina woonden. Vanaf dat moment sloeg hij om als een blad aan de boom. Hier dringt zich een vergelijking met Jezus op. Ook Jezus kreeg op zeker moment politieke macht aangeboden, door Satan tijdens de verzoeking in de woestijn. Jezus moest daarvoor wel de satan aanbidden. Jezus is niet voor deze verleiding gezwicht. Is iets dergelijks soms ook met Mohammed gebeurd? Feit is dat Mohammed vanaf het moment dat hij politieke macht kreeg een heel ander mens werd. Hij maakte voortdurend ruzie met de Joden. Als een ware Ali Baba ging hij op strooptocht om karavanen en heidense stammen te overvallen. Dit alles rechtvaardigde hij met openbaringen uit de hemel, die in de Koran terug te vinden zijn. Hij ontpopte zich als een goed veldheer, en de overwonnen vijanden kregen de keus tussen de dood of moslim worden. (Joden en christenen mochten hun geloof blijven uitoefenen, maar moesten wel een vernederend capitulatieverdrag tekenen dat de praktisering van hun geloof sterk aan banden legde.) Uiteraard kozen de meesten ervoor om moslim te worden, daarmee redden ze niet alleen hun leven, maar ze vochten voortaan aan de kant van de onoverwinnelijke Mohammed en mochten dus delen in de buit. Zo kon Mohammed in tien jaar het hele Arabische schiereiland bekeren.

Kritiek
Sinds Medina wordt Mohammeds leven gekenmerkt door wraakzucht, moord en doodslag, en het verbreken van verdragen als het hem uitkwam. Hierin deed hij niet onder voor zijn tijdgenoten. Het plunderen van karavanen was een soort folklore waar iedereen aan meedeed, maar het was wel aan spelregels gebonden. Acht maanden van het jaar mochten de Arabieren op strooptocht, maar vier maanden niet. Dat waren heilige maanden, waarop men op bedevaart naar Mekka ging. Deze ongeschreven wet werd door Mohammed geschonden. Toen de moslims in Medina honger leden, stuurde Mohammed tijdens een van de heilige maanden een groep moslims erop uit om een karavaan uit Mekka te overvallen. Dat leverde hem niet alleen een rijke buit op, maar ook veel kritiek, en niet alleen bij z’n tegenstanders, maar zelfs bij z’n medemoslims. Aanvankelijk ontkende Mohammed dat hij opdracht had gegeven tot de overval, en verbood hij z’n mannen om de buit aan te raken. Maar de honger werd sterker en na een aantal dagen kreeg hij een openbaring uit de hemel (Koran 2:217), waarin zijn gedrag werd goedgekeurd. Voortaan zou alleen de maand ramadan heilig zijn.

Mohammed kreeg wel vaker kritiek van zijn eigen metgezellen. Op een keer, toen hij zijn adoptiefzoon Zaïd ging opzoeken, trof hij diens vrouw Zainab alleen thuis. Ze zag er zo lieflijk uit dat hij mompelde: “Lof zij Allah, de Verhevene, lof zij Allah, die de harten wendt.” Hij vertrok onmiddellijk. Maar Zainab had zijn woorden gehoord en vertelde het aan haar man. Die liet zich subiet van zijn vrouw scheiden, zodat Mohammed haar tot vrouw kon nemen. Dit zou voor ons geen bloedschande zijn, maar in de Arabische cultuur van die tijd gold een huwelijk met de vrouw van een aangenomen zoon als bloedschande. Aanvankelijk weigerde Mohammed dus met haar te trouwen, maar toen kreeg hij weer eens een openbaring. Die is te vinden in Koran 33:4 en 36-40. “… En Hij heeft jullie aangenomen zonen niet [werkelijk] tot jullie zonen gemaakt. … Toen Zaïd de omgang met haar had beëindigd, hebben Wij haar tot jouw echtgenote gemaakt, opdat er voor de gelovigen geen belemmering zou zijn met betrekking tot de echtgenotes van hun aangenomen zonen, als dezen de omgang met haar beëindigd hebben.” Dus kon Mohammed trouwen met de mooie Zainab. Dat was in het Arabië van die tijd ongehoord. Aïsja, zijn lievelingsvrouw, reageerde hierop heel opmerkelijk. Een moderne vrouw zou iets sarcastisch gezegd hebben in de trant van: “Je openbaringen komen je wel altijd goed van pas.” Zo niet Aïsja. Zij zei: “Nu weet ik dat je geen openbaring achterhoudt, want als je er één had moeten verbergen, dan was het deze geweest.”

Mohammed en de Joden
Zo barmhartig als Mohammed door sommigen wordt afgeschilderd was hij zeker niet. Je kunt hem eerder wraakzuchtig noemen. De dichtkunst stond in Arabië hoog aangeschreven. Mohammed was zelf een begenadigd dichter. Dichters gebruikten hun talent om wantoestanden aan de kaak te stellen en om hun leiders te hekelen. Zoals in onze tijd columnisten een politicus op de korrel nemen, zo deden in Mohammeds tijd de dichters dat. Hoewel Mohammed zelf ook geen blad voor de mond hield in zijn hekeldichten kon hijzelf geen kritiek verdragen. Zo liet hij de joodse dichter Ka’b ibn Asjraf vermoorden omdat hij spotdichten op Mohammed had gemaakt.

En Asjraf was niet de enige tegenstander die Mohammed uit de weg liet ruimen. Hij gaf ook opdracht tot moord op een rijke Jood. De broer van de moordenaar, die ongelovig was, nam het de moordenaar kwalijk, omdat de Jood veel voor hem betekend had. Waarop de moordenaar antwoordde: “Als hij, die mij dit bevel gaf, mij zou bevelen om jou ook te vermoorden, dan zou ik geen ogenblik aarzelen om dat bevel uit te voeren.” Hierop raakte de broer zo onder de indruk van de macht van Mohammed, dat hij zelf ook moslim werd.

Er woonden drie joodse ‘stammen’ in Medina, met wie Mohammed voortdurend overhoop lag. De eerste stam werd al in het tweede jaar dat hij de baas was in Medina, door Mohammed naar Syrië verbannen, met achterlating van al hun bezittingen.
Toen Mohammed in de strijd gewond was geraakt, waagden Joden van de tweede stam het met hem te spotten. Zij vroegen of er ooit een profeet in de strijd gewond was geraakt. (Profeten vochten namelijk niet.) Mohammed besloot deze stam hiervoor te straffen. Hij belegerde hun nederzetting en liet alle dadelpalmen omhakken. Dat leverde weer gemor op onder de moslims, want dit ging regelrecht in tegen de Arabische traditie (en tegen de Joodse wet). Maar Mohammed kreeg weer een openbaring, Koran 59:5 “Dat jullie dadelpalmen hebben omgehakt en op hun wortels hebben laten staan, gebeurde met Gods toestemming en opdat Hij de verdorvenen te schande maakte.” Deze stam gaf zich tenslotte over en mocht vertrekken, met achterlating van hun kostbaarheden.
Van de derde Joodse stam werden alle mannen uitgemoord, de vrouwen en kinderen gingen in slavernij.

Iedere moslim weet dat Aïsja Mohammeds lievelingsvrouw was. Talloze overleveringen (hadieths) worden aan haar toegeschreven. Mohammed trouwde met Aïsja toen ze zes jaar oud was, en had gemeenschap met haar toen ze negen was, ook dat is algemeen bekend, bijvoorbeeld uit een hadieth die in Nederlandse vertaling te vinden is in het boek Leidraad voor het leven. Aïsja zou gezegd hebben: “De Profeet is met mij getrouwd toen ik zes jaar oud was, en hij had gemeenschap met mij toen ik negen was.”

Wat wij weten over het leven van Mohammed, zoals de hierboven ge geven voorbeelden, is bijna allemaal afkomstig uit de hadieths. Zoals de titel, Leidraad voor het leven, al aangeeft zijn de hadieths bedoeld als voorbeeld voor de moslims van vandaag. Gelukkig nemen de meeste moslims ze niet allemaal even letterlijk tot leidraad. Maar helaas beroepen Marokkaanse moslims die hun tienerdochter uithuwelijken zich wel op het voorbeeld van Mohammed.

Godsdienstvrijheid
God is liefde en wil liefgehad worden door de mensen. Hiervoor is een vrije wil nodig. Je kunt een mens wel dwingen om lief te dóen, je kunt een kind dwingen om lief te zíjn, maar je kunt niemand dwingen om lief te hébben. Daarom kan het christendom niet zonder godsdienstvrijheid. De islam geeft zijn onderworpenen (moslim betekent onderworpene) geen keuzevrijheid. Moslims dienen Allah meestal niet uit vrije wil, maar uit angst of dwang. Op afval van de islam staat de doodstraf. Laten wij de moslims Jezus voorhouden en voorleven, die niet de doodstraf uitdeelde aan degenen die Hem verwierpen, maar die zijn leven gaf voor degenen die Hem liefhebben, en die het eeuwige leven geeft aan wie op Hem vertrouwen. Helaas hebben de moslims die vrijheid niet, anders konden zij kiezen wie zij volgen willen, Mohammed of Jezus. Ik maak me sterk dat miljoenen voor Jezus zouden kiezen, als ze maar mochten of durfden.

Bijschrift:

Taïf. Op deze plaats werd Mohammed met stenen bekogeld door zijn tegenstanders. De plek werd tot bedevaartsoord. Er is een moskee gebouwd, die onder het wahabitische bewind in verval is geraakt. De wahabieten verafschuwen heiligenverering.


Kies dan heden wie gij volgen wilt

Mohammed:

  • had een harem van minstens 9 vrouwen
  • had bovendien verscheidene bijvrouwen
  • huwde een zesjarig meisje; sliep met haar toen ze negen was
  • legaliseerde prostitutie (genotshuwelijk)
  • liet zijn tegenstanders vermoorden
  • eveneens degenen die met hem de spot dreven
  • was roverhoofdman die veel buit behaalde
  • was legeraanvoerder die vrijwel onoverwinnelijk was
  • beloofde zijn strijders het Paradijs als ze sneuvelden
  • gaf de verslagenen de keus: moslim worden of de dood
  • was staatsman die verdragen verbrak
  • had altijd gelijk, want hij sprak namens God
  • paste de wet altijd aan aan zijn eigen verlangens (huwelijksrecht, oorlogsrecht)
  • pleegde genocide (op o.m. de Joden van Medina)

Terecht zegt imam El Moumni: “De islam is de meest natuurlijke godsdienst.” (Waarom ben ik moslim?)

Jezus:

  • bleef ongehuwd
  • vergold kwaad met goed
  • zegende wie Hem vervloekte
  • sloeg niet terug, maar vergaf zijn moordenaars aan het kruis
  • doodde niet, maar wekte doden op
  • roofde niet, maar deelde uit
  • kwam nooit op voor Zichzelf, maar des te meer voor de eer van God

Terecht zegt de apostel Paulus: “Het evangelie is niet naar de mens.” (Galaten 1:11)

Deze twee artikelen van Wilmos Oosterhoff zijn in april 2003 in ‘De Oogst’ gepubliceerd.