Dat waren mensen uit de heidenen die overgingen tot de joodse godsdienst. Er waren twee soorten jodengenoten.

Jodengenoten (dl 4)

Dat waren mensen uit de heidenen die overgingen tot de joodse godsdienst. Er waren twee soorten jodengenoten. De proselieten der gerechtigheid namen alle joodse gebruiken in acht: besnijdenis, sabbatviering en de andere joodse feesten. Maar daardoor pasten ze niet meer in hun eigen cultuur, en daarom waren er ook proselieten van de poort. Die voelden zich aangetrokken tot de ene God van Israël en Zijn rechtvaardige wetten. Zij baden tot God, gaven aalmoezen en namen geen deel aan godsdienstige rituelen van hun eigen volk.

 

Het meest bekende symbool van het christendom is het kruis. Je ziet het vaak op kerken afgebeeld.

Kruis (dl 2)

Het meest bekende symbool van het christendom is het kruis. Je ziet het vaak op kerken afgebeeld. Veel kerken zijn zelfs gebouwd in de vorm van een kruis. Dat kun je goed zien op luchtfoto’s van basilieken of kathedralen. In het kruis is eigenlijk alles samengevat. Het is het symbool van lijden en dood, maar ook van opstanding. Want Jezus bleef niet aan het kruis. Hij werd opgewekt en is naar de hemel gegaan.

Het kruis heeft voor christenen twee betekenissen. Zij erkennen met het kruissymbool dat Jezus hun zonden droeg. Het kruis betekent dus vergeving. Maar het lege kruis betekent ook opstanding en daarom is het ook een symbool voor een nieuwe manier van leven: opstandingsleven, dat is eeuwig leven.

 

donderdag, 13 maart 2008

 

Even buiten de stadspoort is een heuvel: die heet Golgotha of schedelplaats. Daar worden drie kruisen opgesteld en de drie mannen worden eraan vastgespijkerd. Jezus in het midden, aan elke kant een misdadiger.

Kruisiging van Jezus (dl 2)

Even buiten de stadspoort is een heuvel: die heet Golgotha of schedelplaats. Daar worden drie kruisen opgesteld en de drie mannen worden eraan vastgespijkerd. Jezus in het midden, aan elke kant een misdadiger.
De mensen spotten, want boven het middelste kruis had Pilatus een bord laten spijkeren waarop in drie talen staat: “Dit is de Koning der Joden.”

Een overpriester lacht: “Anderen heeft Hij gered, maar zichzelf kan Hij niet eens redden!”Jezus ziet de mensen die Hem dit hebben aangedaan en Hij roept: “Vader, vergeef het hun, want zij weten niet wat zij doen.” Dan ziet Hij Zijn moeder Maria. De discipel Johannes staat bij haar en Hij roept haar toe: “Vrouw, zie uw zoon!” En tegen hem: “Zie, je moeder!”

Eén van de misdadigers spot met de mensen mee, maar de andere bestraft hem en vraagt aan Jezus: “Wilt U aan mij denken, wanneer U in uw Koninkrijk komt?” Waarop Jezus antwoordt: “Heden zal je met Mij in het paradijs zijn.”

In het jaar 1095 hield paus Urbanus II in de open lucht een redevoering waarin hij opriep tot de eerste van zeven kruistochten om moslims uit het Heilige Land te verdrijven, dat ze sinds 638 in hun bezit hadden.

Kruistochten (dl 4)

In het jaar 1095 hield paus Urbanus II in de open lucht een redevoering waarin hij opriep tot de eerste van zeven kruistochten om moslims uit het Heilige Land te verdrijven, dat ze sinds 638 in hun bezit hadden. Deze kruistochten werden als `goede werken’ gepropageerd en waren gericht tegen de heidenen, tegen de mohammedanen en tegen alle ketters. De naam ‘kruistocht’ is ontleend aan het rode kruis, dat de ridders op hun schilden en rechterschouder aanbrachten. Onder het motto “God wil het!” en met de beloften van grote aflaten werden honderdduizenden goedgelovigen drie eeuwen lang gebracht tot een religieus fanatisme, dat leidde tot massamoord van zowel joden als moslims. Met de gezindheid van Christus had dit alles niets te maken.

De kruistochten hebben grote en blijvende schade toegebracht aan het getuigenis van de christelijke kerk. Zowel joden als moslims kunnen niet vergeten wat hier in de naam van `God’ is gebeurd. Zo nam het geweld tegen de joden in Europa hevig toe. Ook werd het Oost-Romeinse (Byzantijnse) rijk ernstig verzwakt. In 1453 viel de hoofdstad Constantinopel voor de Turken en werd de grote kathedraal, de Hagia Sofia, tot moskee omgewijd.

 

Ons woord Pinksteren is afgeleid van het Griekse pentakostes en betekent ‘vijftig’ (dagen na Pasen).

Pinksteren – christelijk feest (dl 4)

Ons woord Pinksteren is afgeleid van het Griekse pentakostes en betekent ‘vijftig’ (dagen na Pasen). Het is het derde grote christelijke feest en betekent: God wil bij de mensen wonen. Christenen gedenken en vieren dat God heeft dit gedaan door het zenden van de Heilige Geest.

 

Leraars hebben de gave om de Schrift uit te leggen, zodat Schriftgedeelten die zonder hun hulp onduidelijk zouden zijn, met hun hulp tot het hart gaan spreken.

Leraars (dl 4)

Leraars hebben de gave om de Schrift uit te leggen, zodat Schriftgedeelten die zonder hun hulp onduidelijk zouden zijn, met hun hulp tot het hart gaan spreken. Door het woord dat zij spreken kan de Heilige Geest Zijn werk doen in de toerusting van de gelovigen.

 

Ieder volk kent zijn eigen prehistorie, dat is de tijd die voorafgaat aan de (geschreven) geschiedenis.

Prehistorie (dl 1)

Ieder volk kent zijn eigen prehistorie, dat is de tijd die voorafgaat aan de (geschreven) geschiedenis. Voor Nederland is het eind van de prehistorie slechts tweeduizend jaar geleden. Toen pas begonnen de mensen vast te leggen wat zij zelf hadden meegemaakt. Voor de Grieken en de Romeinen ligt dat punt verder in het verleden, omdat hun (geschreven) geschiedenis veel vroeger begon.

Over de tijd die ligt vóór de zondvloed tasten alle volken in het duister. Dat komt doordat er bij de volken alleen (geschreven) geschiedenis van na de zondvloed bekend is. De tijd daarvoor wordt de voortijd genoemd.
Over die tijd is bijna niets bekend, alleen wat Noach hierover heeft doorgegeven en in de Bijbel bewaard is gebleven. De meeste mensen moeten het doen met de mythen, sagen en legenden die bij allerlei volken bestaan over die `oertijd’.

De Bijbel geeft ons informatie over de vroegste tijd. Zij spreekt van toledots, dat betekent: geschiedverslagen. In Genesis 5 lezen we (in de Hebreeuwse grondtekst) de toledot van alle geslachten, van Adam tot Noach, en in hoofdstuk 6 lezen we de toledot van de zondvloed. Hierdoor kennen wij dus de menselijke geschiedenis vanaf het begin!

 

De priesters bekleedden de hoogste functies in Israël (tot de tijd van de koningen). Zij gingen het volk voor in de eredienst.

De priesters bekleedden de hoogste functies in Israël (tot de tijd van de koningen). Zij gingen het volk voor in de eredienst. De eredienst van Israël was een dienst van verzoening. Deze verzoening wordt uitgebeeld in de offers. De priesters brachten die offers voor God en zo vormden zij de schakel tussen God en zijn volk.

Vanaf het boek Samu?l treden profeten op om namens God tegen koningen de waarheid te zeggen.

 

Vanaf het boek Samu?l treden profeten op om namens God tegen koningen de waarheid te zeggen. Profeten schrokken er niet voor terug om Gods wil bekend te maken hoewel ze beseften hoeveel weerstand hun woorden opriepen. Omdat de koningen in naam van God regeerden, moesten ze zich ook aan Gods wetten (Torah) houden. Als dat niet gebeurde, begonnen de profeten hen daarop te wijzen. Zij spraken de koning aan vanuit Gods waarheid. Dikwijls hadden de koningen hun eigen waarheid, dat wil zeggen, zij zagen alle dingen door hun eigen gekleurde bril. Dan kwam de profeet naar hem toe met een woord van God en plaatste dat tegenover het woord van de koning.

Wanneer een profeet iets over de toekomst verkondigt, dan moet dat ook uitkomen, anders is hij een valse profeet.

De Hebreeuwse titel van het boek der Psalmen is tehillim, dat betekent lofprijzingen, lofzangen, in het Engels `praise’.

Psalmen (dl 3)

De Hebreeuwse titel van het boek der Psalmen is tehillim, dat betekent lofprijzingen, lofzangen, in het Engels `praise’. In het boek Psalmen zijn 150 liederen opgenomen en vele daarvan zijn door David gemaakt. De psalmisten waren geen gewone dichters, maar profeten die liederen maakten over God of liederen tot God waarin Hij rechtstreeks wordt aangesproken.

De psalmen worden wel genoemd naar de thema’s die erin voorkomen:
– Hallel- of lofpsalmen: God wordt geëerd om wie Hij is.
– Boetepsalmen: hierin worden ernstige misstappen erkend.
– Wraakpsalmen (beter gerechtigheidspsalmen): er wordt gesmeekt dat God recht zal doen over groot onrecht.
– Bedevaartsliederen (120-134): die gaan over Sion, de tempelberg.
– Messiaanse psalmen: liederen over de eeuwige Messiaanse Koning.

Een kenmerk van de psalmen als Hebreeuwse poëzie is het zogenaamd parallellisme. Daarbij wordt in de tweede regel de boodschap van de eerste regel herhaald, versterkt of verklaard; soms is de tweede regel de tegenstelling van de eerste regel.