Abraham, Isa?k en Jakob, de drie aartsvaders, waren Hebree?n, nakomelingen van Heber Zij hadden een eigen taal en cultuur en ook een eigen gebied.
Hebree?n, Isra?lieten en Joden (dl 1)
Abraham, Isa?k en Jakob, de drie aartsvaders, waren Hebree?n, nakomelingen van Heber Zij hadden een eigen taal en cultuur en ook een eigen gebied. Ook het bergland in Palestina waar de aartsvaders leefden, behoorde daartoe. Zo zei Jozef tegen de opperschenker: “Ik ben ontvoerd uit mijn geboorteland, het land van de Hebree?n.” Hebreeuws was de taal die zij spraken. Tegenwoordig wordt in Isra?l modern-Hebreeuws gesproken (Ivriet).
De naam Isra?lieten komt van aartsvader Jakob, die de naam Isra?l kreeg. Hij was de vader van twaalf zonen. Die hadden niet allemaal dezelfde moeder, want Jakob had twee vrouwen: Lea en Rachel. Zij hadden volgens de cultuur waarin zij leefden hun slavin als bijvrouw gegeven aan Jakob: Bilha en Zilpa.
De naam Isra?l betekent: ?vorst van God?. De naam ?Jood’ komt van Juda, de vierde zoon van Jakob en betekent: God loven. Er kwam een moment in de geschiedenis dat Juda de belangrijkste stam werd en dat de Isra?lieten allemaal naar die stam genoemd werden. De inwoners van het tegenwoordige Isra?l worden zowel Isra?li?s als Joden genoemd.
Exodus of uittocht
Dit vervolg op het boek Genesis beschrijft de belangrijkste gebeurtenis uit de geschiedenis van het volk Israël. Onder leiding van Mozes trokken de Israëlieten uit Egypte, waar ze werden onderdrukt.
Exodus of uittocht (dl 1)
Dit vervolg op het boek Genesis beschrijft de belangrijkste gebeurtenis uit de geschiedenis van het volk Israël. Onder leiding van Mozes trokken de Israëlieten uit Egypte, waar ze werden onderdrukt.
Heel bekend zijn de tien plagen, de doortocht door de Rode Zee en vooral de Wetgeving (o.a. de Tien Geboden) bij de berg Sinaï.
Feesten (joodse) deel 1
Hieronder vind je een overzicht van de joodse feesten.
Feesten (joodse) (dl 1)
Hieronder vind je een overzicht van de joodse feesten.
In de eerste rij staan de feesten die in de Torah werden voorgeschreven. In de tweede rij staan de latere feesten vermeld. De joodse maanden lopen niet gelijk op met onze maanden, maar beginnen ongeveer halverwege onze maand.
Gewone Joodse
Vroege Latere
Februari
Maart
April
Mei
Juni
Juli
Augustus
September
Oktober
November
December
Sjewat
Adar
Nisan
Iejar
Siewan
Tammoez
Aw
Eloel
Tisjri
Cheswan
Kislew
Tewet
15-22 Pesach (Uittocht)
25 Yom Hasjoa
5 Joodse Staat
6/7 Sjewoeot (Pinksteren)
17 Val van Jeruzalem
9 Tempel verwoest
1 Sabbat (Rosj Hasjana)
10 Yom Kippoer (Grote verzoendag)
15-21 Soekot (Loofhutten)
23 Simchat Torah
(vreugde der wet)
25 Chanoeka (Lichtfeest)
De belangrijkste joodse feesten zijn: Paasfeest (Pesach), Wekenfeest (Sjawoeot of Pinksteren) en Loofhuttenfeest (Soekkot). Die feesten duurden niet één of twee dagen, maar soms een week lang.
Filistijnen deel 3
De Filistijnen waren een zeevarend volk dat afkomstig was uit Kaftor, het eiland Kreta. Dit volk vestigde zich aan de zeekust van het land Kanaän, de huidige Gaza-strook.
Filistijnen (dl 3)
De Filistijnen waren een zeevarend volk dat afkomstig was uit Kaftor, het eiland Kreta. Dit volk vestigde zich aan de zeekust van het land Kanaän, de huidige Gaza-strook. Dat was gebeurd in de vijftiende eeuw voor Christus, nog voordat de Israëlieten het land ingingen.
De Filistijnen verstonden de kunst om ijzererts te smelten en te smeden tot landbouwwerktuigen en oorlogstuig. Typerend zijn hun strijdwagens met ijzeren banden en messen aan de wielen: die `tanks’ vormden de schrik voor de Israëlieten. Ze zorgden ervoor dat de Israëlieten altijd naar hen toekwamen om hun ploegen, zeisen en dorsvlegels bij hen te kopen en te laten repareren.
De naam ‘Palestina’ is afgeleid van de Filistijnen, maar de Palestijnen van onze tijd zijn Arabieren, afstammelingen van Sem, de vader van de Hebreeen (Gen. 10:21).
Filosofen van Athene
In Athene sprak Paulus de filosofen toe. Die vielen uiteen in verschillende denkscholen.
Filosofen van Athene (dl 4)
In Athene sprak Paulus de filosofen toe. Die vielen uiteen in verschillende denkscholen.
De Stoïcijnen leerden dat de mens moet leren leven in harmonie met de natuur (de kosmos). Daarin bestond de hoogste gelukzaligheid. Om tot het echte leven door te dringen moesten de mensen leren zich daarvan te `onthechten’ en eraan te `versterven’. Al het zinnelijke leven beschouwden zij als een illusie of schijnwerkelijkheid. Paulus haalde zelfs de stoïcijnse dichter Kleanthes aan, die zegt:
“Want de onsterf’lijken moeten, o vader (Zeus), U toebehoren,
U noemen, daar wij toch van godd’lijk geslacht zijn.”
De Epicureeërs leerden precies het tegengestelde. Voor hen was het enige ware datgene wat je kon waarnemen en beredeneren. Alles in het leven wordt bepaald door de logica en de rede en daarmee verdwijnt ook de angst voor `hogere machten’.
Als enige waarde van het leven blijft dan vaak over: genieten van het goede der aarde:“Laten wij eten en drinken en vrolijk zijn, want morgen sterven wij.”
De Sceptici waren degenen die aan alle dingen twijfelden. Hun hoogste wijsheid was dat de menselijke geest niet in staat is om echt te kennen. Een bekend voorbeeld is het antwoord dat Pilatus aan Jezus gaf: “Wat is waarheid?”
De Eclectici hielden er geen echte filosofie op na maar kozen overal het beste uit. De Atheners vonden de Joden zulke eclectici: zij die overal een graantje van meepikken. Dat zeiden ze (ten onrechte) van Paulus.
Fundamentalisme deel 4
Fundamentalisme (dl 4)
De afgelopen tijd heeft het begrip ‘fundamentalisme’ een heel andere inhoud gekregen. In aansluiting op het moderne taalgebruik maken wij daarom verschil tussen een ‘fundamentalist’ en iemand die ‘fundamenteel’ denkt.
Fundamentalisten willen hun eigen godsdienstige waarden dwingend aan anderen opleggen, als ‘t kan zelfs aan de hele samenleving. Fundamentalisme komt in elke godsdienst voor, niet alleen in het christendom, maar ook in het jodendom, de islam, hindoeïsme en boeddhisme. Het moet principieel als intolerantie worden afgewezen.
Fundamenteel deel 4
Tegenover de intolerantie jegens andersdenkenden van fundamentalisten staat de tolerantie van het waarachtige christelijk geloof. Dit betekent natuurlijk niet dat ieder mens zelf wel zal bepalen wat hij gelooft.
Fundamenteel (dl 4)
Tegenover de intolerantie jegens andersdenkenden van fundamentalisten staat de tolerantie van het waarachtige christelijk geloof. Dit betekent natuurlijk niet dat ieder mens zelf wel zal bepalen wat hij gelooft. In de strijd om de zuivere christelijke leer zijn daarom in de periode tussen 1909 en 1915 een aantal brochures en boeken uitgegeven onder de titel The Fundamentals, waarin de orthodox-christelijke standpunten werden verdedigd, te weten:
Geestelijke wapenrusting deel 4
Bij oorlogvoering denk je aan fysiek geweld en aan goedgetrainde soldaten om de vijand te verslaan.
Geestelijke wapenrusting (dl 4)
Bij oorlogvoering denk je aan fysiek geweld en aan goedgetrainde soldaten om de vijand te verslaan. Maar tegen de machten en krachten van de boze kun je niet op die manier strijden. Daarvoor is iets anders nodig, dat is de geestelijke wapenrusting, die wordt beschreven in Efeziërs 6.
Het eerste uitrustingsstuk is de gordel van de waarheid. Door ons daarmee te omgorden, kunnen wij leugens of ‘leringen van boze geesten’ om ons heen weerstaan. Bijvoorbeeld de valse onderscheiding tussen witte magie (toveren om iemand te helpen) en zwarte magie (op iemand een vloek leggen).
Het harnas van gerechtigheid is een beschermend pantser. Dat dekt ons af tegen alle ontmoediging of aanklacht van de boze, bijvoorbeeld “Jij brengt er niets van terecht” of “Jouw leven is waardeloos.” Door Jezus te volgen en steeds weer van Hem te leren, wordt ons leven recht voor God en verliest de duivel zijn recht van spreken.
Voeten geschoeid met de bereidheid van het vredesevangelie: De bereidheid om ter wille van het evangelie altijd de weg van de vrede met een ander te gaan. Het betekent ook dat je bereid en in staat bent om het Evangelie aan een ander uit te leggen.
Met het schild van geloof kunnen wij de pijlen van de boze doven. Hoe dat werkt blijkt wel uit de beknopte geschiedenis van tientallen mannen uit het Oude Testament, die ons in Hebreeën 11 wordt verteld. Die pijlen zijn gericht op ons gevoel (“ik voel me tekort gedaan”), of op ons verstand (“dat bestaat niet”). Maar geloof is niet gebaseerd op wat de mens voelt of denkt, maar op Christus, de Rots der eeuwen.
De helm van de verlossing omsluit en beschermt het hoofd. Wanneer mensen zich bezig houden met de occulte wereld, gaan boze machten het denken infiltreren met allerlei misleidingen. Vasthouden aan de verlossing weerhoudt de gelovige om bij verkeerde machten verlossingen te zoeken.
Bij al deze uitrustingsstukken hoort ook het zwaard van Gods Geest. Wie wat thuis is in de Bijbel zal al gauw herkennen dat sommige dingen niet waar zijn, omdat zij niet kloppen met de Bijbel. Bijvoorbeeld, wanneer mensen zeggen dat we niet moeten denken dat alleen Jezus de weg tot God is. Maar de Bijbel zegt duidelijk: er is maar één Weg, er is maar één Naam: Jezus Christus.
Geestenwereld deel 4
De wereld wordt geregeerd door mensen. Maar achter de mensen zijn het vaak verborgen machten die hen besturen, machten die tegen Gods koninkrijk zijn en tegen alles wat waar en goed is.
Geestenwereld (dl 4)
De wereld wordt geregeerd door mensen. Maar achter de mensen zijn het vaak verborgen machten die hen besturen, machten die tegen Gods koninkrijk zijn en tegen alles wat waar en goed is. In Efeziers 6 legt Paulus uit hoe die vijand werkt. Dat kun je nergens anders leren dan uit de Bijbel en daarom gaan wij hier wat dieper in op enkele machten en krachten die ons belagen:
Overheden of oorsprongen zijn sterrenmachten die zich voordoen als lotsbestemmingen. Hun gezag zorgt ervoor dat negatieve krachten elkaar versterken. Je moet hier denken aan de macht van de astrologie (horoscopen), maar ook aan het hele denken van New Age, dat uitgaat van de macht van Waterman of Aquarius.
Machten slaat op hooggeplaatste engelen die in rebellie gekomen zijn tegen God en die nu als `lichtengelen’ de mensen verleiden. In de wereld van New Age heten zij bijvoorbeeld `verheven meesters’, `meesters der wijsheid’, of kortweg `de meesters’.
Wereldheersers of kosmokraten houden in de wereld de touwtjes in handen en beïnvloeden de (meeste) mensen met hun ideeën. Zij kunnen door politieke denkbeelden macht uitoefenen over volken en naties door begrippen als communisme, fascisme of `nationaal volksbesef’.
Demonen of boze geesten kunnen zich als `goden’ laten aanroepen en oproepen door het branden van wierook of glaasje draaien, in spiritistische séances. Zij bieden zich aan als waarzeggende geesten of geesten van overledenen.
Hatikwah deel 3
Het volkslied van Israël is het Hatikwah, `De Hoop’. Het spreekt van de hoop die alle eeuwen door geweest is in het Joodse volk om verenigd te worden in Erets Israël, het land Israël. Sinds de Babylonische ballingschap is dit verlangen nooit meer verdwenen.
Hatikwah (dl 3)
Het volkslied van Israël is het Hatikwah, `De Hoop’. Het spreekt van de hoop die alle eeuwen door geweest is in het Joodse volk om verenigd te worden in Erets Israël, het land Israël. Sinds de Babylonische ballingschap is dit verlangen nooit meer verdwenen.
“Zolang in het binnenste van ons hart
een Joodse ziel klopt,
voorwaarts naar ’t Oosten gericht
het oog naar Sion uitziet,
Zolang is onze hoop nog niet verloren,
de oeroude hoop:
om naar ’t land onzer vaderen terug te keren,
naar de stad waar David eens woonde.”
Hebreeen, Israelieten en Joden
Abraham, Isa?k en Jakob, de drie aartsvaders, waren Hebree?n, nakomelingen van Heber Zij hadden een eigen taal en cultuur en ook een eigen gebied.
Hebree?n, Isra?lieten en Joden (dl 1)
Abraham, Isa?k en Jakob, de drie aartsvaders, waren Hebree?n, nakomelingen van Heber Zij hadden een eigen taal en cultuur en ook een eigen gebied. Ook het bergland in Palestina waar de aartsvaders leefden, behoorde daartoe. Zo zei Jozef tegen de opperschenker: “Ik ben ontvoerd uit mijn geboorteland, het land van de Hebree?n.” Hebreeuws was de taal die zij spraken. Tegenwoordig wordt in Isra?l modern-Hebreeuws gesproken (Ivriet).
De naam Isra?lieten komt van aartsvader Jakob, die de naam Isra?l kreeg. Hij was de vader van twaalf zonen. Die hadden niet allemaal dezelfde moeder, want Jakob had twee vrouwen: Lea en Rachel. Zij hadden volgens de cultuur waarin zij leefden hun slavin als bijvrouw gegeven aan Jakob: Bilha en Zilpa.
De naam Isra?l betekent: ?vorst van God?. De naam ?Jood’ komt van Juda, de vierde zoon van Jakob en betekent: God loven. Er kwam een moment in de geschiedenis dat Juda de belangrijkste stam werd en dat de Isra?lieten allemaal naar die stam genoemd werden. De inwoners van het tegenwoordige Isra?l worden zowel Isra?li?s als Joden genoemd.